HR, 18-06-1971

Documentgegevens:

HR 18-06-1971, ECLI:NL:PHR:1971:AB6283

Instantie: Hoge Raad
Datum: 18 juni 1971
Magistraten: Wiarda, De Meijere, Peters, Minkenhof, Drion
Zaaknummer: [1971-06-18/NJ_53328]
LJN: AB6283
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1971:AB6283, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑06‑1971
ECLI:NL:PHR:1971:AB6283, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑06‑1971
Wetingang: Ow art. 96; Ow art. 61

Essentie

Ontvankelijkheid van vordering tot teruggave van het onteigende.

Samenvatting

Daargelaten de juistheid van het uitgangspunt dat — ingeval de partij die onteigend heeft blijkt niet aan een vordering tot teruggave van het onteigende goed te kunnen voldoen omdat zij dit aan derden heeft verkocht en overgedragen — aan de onteigende partij in plaats van het onteigende goed een schadevergoeding in geld moet worden toegewezen, gelijk aan de actuele waarde van het goed, verminderd met de ontvangen onteigeningsvergoeding, mag de rechter niet in plaats van het onteigende goed een geldsbedrag toekennen wanneer, zoals in het onderhavige geval, zodanig bedrag niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.