NJ 1971, 55
HR, 30-10-1970
HR 30-10-1970, ECLI:NL:PHR:1970:AB6480
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 oktober 1970
- Magistraten
De Jong, Peters, Ras, Minkenhof, Drion
- Zaaknummer
[1970-10-30/NJ_52929]
- LJN
AB6480
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1970:AB6480, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑10‑1970
ECLI:NL:PHR:1970:AB6480, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑10‑1970
- Wetingang
Rv (oud) art. 59 aanhef onder 3°; Rv (oud) art. 289; Rv (oud) art. 290; Rv (oud) art. 291; Rv (oud) art. 292; Rv (oud) art. 293; Rv (oud) art. 294; Rv (oud) art. 295; Rv (oud) art. 296; Rv (oud) art. 297
Essentie
Geschil over opheffing in kort geding van een door de schuldenaar onder zichzelf gelegd conservatoir beslag. Motivering van beslissing in uitspraak in kort geding.
Samenvatting
Het Hof te 's‑Hertogenbosch heeft geen rechtsregel geschonden door voor de beslissing omtrent door K. gevraagde voorziening in kort geding (opheffing van het beslag dat eiseres, NV Emba, onder zichzelf had gelegd ten laste van K.) mede betekenis toe te kennen aan de omstandigheid dat het door het Hof te 's‑Gravenhage bekrachtigde vonnis van de Rechtbank te Rotterdam van 15 maart 1966 (waarbij K. is veroordeeld tot vergoeding aan Emba van de schade, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.