NJ 1997, 127
Ambtshalve bevolen comparitie partijen / niet naleven 14-dagen termijn van 141a Rv lid 1 / te algemene instructie, beginselen Nederlands procesrecht, partijautonomie
Hof Amsterdam 29-02-1996, ECLI:NL:GHAMS:1996:AD2507
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
29 februari 1996
- Magistraten
Van Manen, Streefkerk, Ingelse
- Zaaknummer
710/95
- LJN
AD2507
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:1996:AD2507, Uitspraak, Hof Amsterdam, 29‑02‑1996
- Wetingang
Rv (oud) art. 19; Rv (oud) art. 19a; Rv (oud) art. 141a
Essentie
Ambtshalve bevolen comparitie van partijen. Niet naleven 14-dagen termijn van art. 141a lid 1 Rv. Te algemene instructie, beginselen van Nederlands procesrecht, partijautonomie.
Samenvatting
Rechtbank beveelt ambtshalve comparitie van partijen als bedoeld in artikel 141a Rv. Zij doet dit niet binnen de 14-dagen termijn van het eerste lid. Voorts bepaalt zij dat partijen:
—
‘alle bescheiden, waarvan zij zich in de loop van deze procedure nog wensen te bedienen’, voorzien van markeringen bij de relevante passages vóór de comparitie aan de rechtbank en de wederpartij toesturen, en
—
ter zitting aan moeten kunnen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.