NJ 1998, 699
Enquêterecht; curator als verzoeker; wanbeleid na ontstaan van déconfiture
Hof Amsterdam (Ondernemingskamer) 23-04-1998, ECLI:NL:GHAMS:1998:AD2874
- Instantie
Hof Amsterdam (Ondernemingskamer)
- Datum
23 april 1998
- Magistraten
Willems, Ten Kley, Ingelse, Van Hoepen, Hoek
- Zaaknummer
87/97OK
- LJN
AD2874
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:1998:AD2874, Uitspraak, Hof Amsterdam (Ondernemingskamer), 23‑04‑1998
- Wetingang
BW art. 2:345; BW art. 2:346; BW art. 2:355
Essentie
Enquêterecht; curator als verzoeker; wanbeleid na ontstaan van déconfiture.
Samenvatting
Op grond van het systeem en de strekking van de wet moet worden aangenomen dat de rechtspersoon, en daarmee de curator, de bevoegdheid toekomt een verzoek te doen tot vaststelling van wanbeleid. Ook indien een project van een rechtspersoon reeds ‘ten dode is opgeschreven’ dient de vraag te worden gesteld of de rechtspersoon in die situatie vervolgens adequaat is opgetreden.
Partij(en)
Mr. H.M. den Hollander, te Oostburg, curator in het faillissement van Village Scaldia B.V., te Hoofdplaat, gemeente Oostburg, verzoeker, proc. mr. E.J. Bink,
tegen
- 1.
Bouwprojecten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.