NJ 1986, 555
Hof Amsterdam (Ondernemingskamer), 14-11-1985, nr. 22/85OK
Hof Amsterdam (Ondernemingskamer) 14-11-1985, ECLI:NL:GHAMS:1985:AC3853, m.nt. J.M.M. Maeijer
- Instantie
Hof Amsterdam (Ondernemingskamer)
- Datum
14 november 1985
- Magistraten
IJsselmuiden, Joosten, Wiegel, Schoonderbeek, Verburg
- Zaaknummer
22/85OK
- Noot
J.M.M. Maeijer
- LJN
AC3853
- JCDI
JCDI:ADS112759:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Onbekend (V)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:1985:AC3853, Uitspraak, Hof Amsterdam (Ondernemingskamer), 14‑11‑1985
- Wetingang
WOR art. 25
Essentie
Kennelijk onredelijk besluit.
Samenvatting
1. Het besluit waarvan beroep bestaat uit een aantal onderdelen die onderling zozeer zijn verknocht dat deze niet los van elkaar kunnen worden bezien. De Ondernemingskamer beschouwt deze als een besluit waartegen de OR in beroep kan komen.
2. Terecht stelt de ondernemer dat de OR vragen die bij hem naar aanleiding van de adviesaanvraag rijzen en gebreken in de adviesaanvraag in het advies behoort te vermelden, althans aan de ondernemer behoort mee te delen voor deze zijn besluit neemt. Het niet voldoen aan deze eis heeft echter niet noodzakelijkerwijs steeds tot gevolg, zoals ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.