Prg. 1999, 5104
Is gesteld procedureel onrechtmatig handelen door (ex)werkgeefster, waardoor een ontbinding van de arbeidsovereenkomst met (ex)werknemer zou zijn geforceerd, aanleiding tot vordering schadevergoeding? Rechtbank en hof: neen, geen fundamenteel rechtsbeginsel geschonden. Effect van toewijzing zou materieel neerkomen op aantasting onherroepelijke beslissing kantonrechter.
Hof Leeuwarden 09-09-1998, ECLI:NL:GHLEE:1998:AC1026
- Instantie
Hof Leeuwarden
- Datum
9 september 1998
- Magistraten
Streppel, Knijp, Bax-Stegenga
- Zaaknummer
9700048
- LJN
AC1026
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Burgerlijk procesrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHLEE:1998:AC1026, Uitspraak, Hof Leeuwarden, 09‑09‑1998
- Wetingang
BW art. 6:162; BW art. 7:685; Rv (oud) art. 382 onder 1
Essentie
Is gesteld procedureel onrechtmatig handelen door (ex)werkgeefster, waardoor een ontbinding van de arbeidsovereenkomst met (ex)werknemer zou zijn geforceerd, aanleiding tot vordering schadevergoeding? Rechtbank en hof: neen, geen fundamenteel rechtsbeginsel geschonden. Effect van toewijzing zou materieel neerkomen op aantasting onherroepelijke beslissing kantonrechter.
Samenvatting
Appèl tot vernietiging van het vonnis van de rechtbank, waarbij de vordering van (ex)werknemer tegen (ex)werkgeefster tot verklaring voor recht dat werkgeefster gedurende de gevoerde 685-procedure onrechtmatig heeft gehandeld en tot schadevergoeding werd afgewezen. De rechtbank zou onvoldoende oog hebben gehad voor de ‘onbehoorlijke wijze’ waarop de ontbinding is geforceerd.
Het hof overweegt dat, nu ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.