NJ 1984, 644
Hof Leeuwarden, 28-03-1984
Hof Leeuwarden 28-03-1984, ECLI:NL:GHLEE:1984:AC8367
- Instantie
Hof Leeuwarden
- Datum
28 maart 1984
- Magistraten
Beversluis, Wendels, Beekhuis
- Zaaknummer
[1984-03-28/NJ_60756]
- LJN
AC8367
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHLEE:1984:AC8367, Uitspraak, Hof Leeuwarden, 28‑03‑1984
- Wetingang
BW art. 1902; Rv (oud) art. 289
Essentie
Aanvaarding stellingen eiser in k.g. voorshands als juist, in geval voor bewijslevering geen plaats is.
Samenvatting
Vaststaat dat Brummer, eisende partij in dit k.g. tot opheffing of schorsing van de dwangsom, de medewerking van een derde (Kok) nodig heeft om het perceel grond in overeenstemming te brengen met de daarop gevestigde erfdienstbaarheid. Pp. twisten over de vraag, of Kok tot die medewerking bereid is, doch dit geding leent zich niet voor bewijslevering. In een gewone procedure rust de bewijslast op Brummer. Dit brengt niet mede, dat voorshands niet van de juistheid van de door Brummer gestelde onmogelijkheid in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.