JWB 2010/426
Arbeidsrecht. Kennelijk onredelijk ontslag.
HR 15-10-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN6240
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 oktober 2010
- Zaaknummer
09/03708
- LJN
BN6240
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN6240, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑10‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN6240, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2010
- Wetingang
Art. 7:681 lid 2 BW onder b; art. 81 RO
Essentie
Arbeidsrecht. Kennelijk onredelijk ontslag.
Samenvatting
Casus
Eiser tot cassatie heeft Hooghe Oord, verweerster in cassatie, gedagvaard en
gevorderd te verklaren voor recht dat het hem verleende ontslag kennelijk
onredelijk is, voor zover thans nog van belang op de voet van art. 7:681 lid
2 onder b BW. Op grond daarvan vorderde hij van Hooghe Oord wegens vermeende
pensioen-, inkomens-, immateriële en vermogensschade schadevergoeding van €
47.087,17, althans een door de Kantonrechter vast te stellen
schadevergoeding ex aequo et bono. Hooghe Oord heeft verweer gevoerd
De Kantonrechter heeft op grond van het gevolgencriterium voor recht
verklaard dat de opzegging door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.