Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
12.4 Gezinsleden
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2019
- Bronpublicatie:
29-04-2019, Stcrt. 2019, 24564 (uitgifte: 30-04-2019, regelingnummer: WBV 2019/7)
- Inwerkingtreding
01-05-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-04-2019, Stcrt. 2019, 24564 (uitgifte: 30-04-2019, regelingnummer: WBV 2019/7)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De IND verleent op grond van artikel 3.13, tweede lid, Vb een verblijfsvergunning aan de volgende in Nederland verblijvende of meereizende gezinsleden, van een houder van een verblijfsvergunning regulier bepaalde tijd onder de beperking ‘tijdelijke humanitaire gronden’, als genoemd in artikel 3.48, tweede lid, aanhef en onder b, Vb, juncto artikel 3.24aa, eerste lid, aanhef en onder d, VV:
- •
de huwelijks- of (geregistreerde) partner die 21 jaar of ouder is;
- •
de biologische of juridische kinderen die onder rechtmatig gezag van de referent vallen.
Als de referent een minderjarig kind is, verleent de IND op grond van artikel 3.13, tweede lid, Vb uitsluitend een verblijfsvergunning aan de volgende in Nederland verblijvende of meereizende gezinsleden:
- •
de biologische of juridische ouders, als het kind onder rechtmatig gezag staat van deze ouders;
- •
de minderjarige broers en zussen die feitelijk behoren tot het gezin, als de IND aan hun biologische of juridische ouders een verblijfsvergunning heeft verleend als gezinsleden van een houder van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘tijdelijke humanitaire gronden’, als genoemd in artikel 3.48, tweede lid, aanhef en onder b, Vb, juncto artikel 3.24aa, eerste lid, aanhef en onder d, VV. De minderjarige broers en zussen staan onder rechtmatig gezag van de biologische of juridische ouders.
De IND wijst de aanvraag op grond van artikel 3.13, tweede lid, Vb van de gezinsleden niet af op grond van artikel 16, eerste lid, onder b en c, Vw.
Beperking
Op grond van artikel 3.4, eerste lid, aanhef en onder a, Vb verleent de IND de verblijfsvergunning aan de gezinsleden onder de beperking ‘verblijf als familie- of gezinslid’.
Arbeidsmarktaantekening
Op grond van artikel 3.1, derde lid, onder a, VV , luidt de arbeidsmarktaantekening op het verblijfsdocument ‘arbeid vrij toegestaan, TWV niet vereist’.
Verlenging en intrekking
Na het overlijden van de hoofdpersoon vervalt het verblijfsrecht van de gezinsleden. De IND trekt een nog geldige verblijfsvergunning van gezinsleden niet eerder in dan per de datum, gelegen twaalf weken na de dag van het overlijden van de hoofdpersoon. Wanneer de referent is komen te overlijden, wordt een verlengingsaanvraag afgewezen.