NJB 2017/226:Zolang machtigingen tot binnentreden, ook al zijn daartegen zelfstandig rechtsmiddelen ingesteld, niet zijn geschorst of vernietigd, dient in de procedure over invorderingsbeschikkingen van de rechtmatigheid van de machtigingen te worden uitgegaan, tenzij op voorhand duidelijk is dat deze in rechte niet in stand kunnen blijven