Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES
Artikel 813
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 497 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
Het openbaar ministerie verleent, zo nodig, zijn medewerking tot:
- a.
de voorgeleiding van een minderjarige voor de rechter ingevolge artikel 261 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 809 van dit wetboek;
- b.
de overbrenging van een minderjarige naar een inrichting of naar een andere plaats ingevolge de artikelen 262, 263 en 326 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;
- c.
de afgifte van minderjarigen, bedoeld in artikel 812;
- d.
de tenuitvoerlegging van de beschikkingen, bedoeld in artikel 278, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;
- e.
de tenuitvoerlegging van de beschikkingen, bedoeld in artikel 387 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.
2.
De dienaar der openbare macht die door het openbaar ministerie is aangewezen om de medewerking te verlenen, dan wel medewerking te verlenen aan de tenuitvoerlegging van de bevelen, gegeven door de officier van justitie ingevolge de artikelen 241, 272 en 332 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, heeft toegang tot elke plaats, voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van zijn taak nodig is.
3.
Wordt de toegang tot een woning hem door de bewoner geweigerd of door gesloten deuren belet, dan oefent hij deze bevoegdheid niet uit dan in tegenwoordigheid van de officier van justitie of van een zijner hulp-officieren van justitie.
4.
Daarvan wordt een proces-verbaal opgemaakt, dat mede ondertekend wordt door de ambtenaar in wiens tegenwoordigheid de woning is binnengetreden.