NJB 2016/311:Vrijwillige terugtred, art. 46b Sr: ook indien sprake is van een zogenoemde voltooide poging kan er nog plaats zijn voor vrijwillige terugtred. Bij vrijwillige terugtred gaat het om het misdrijf waarop de gedragingen van de verdachte waren gericht. Het gaat niet erom of de verdachte vrijwillig is teruggetreden voordat sprake is van een strafbare poging, maar of hij is teruggetreden voordat sprake is van een voltooid misdrijf. Voor het aannemen van vrijwillige terugtred bij een voltooide poging is veelal een zodanig optreden van de verdachte vereist dat dit naar aard en tijdstip geschikt is het intreden van het gevolg te beletten. Geen cassatie ondanks onjuiste opvatting hof omtrent het begrip ‘vrijwillige terugtred’: het beroep daarop kon slechts worden verworpen aangezien aan dat beroep slechts ten grondslag is gelegd dat de verdachte "zelf (heeft) gekozen om weg te gaan, ze deed dat niet uitsluitend onder invloed van een externe prikkel"; aldus sprake van ontoereikende onderbouwing van het beroep. A-G: anders