Einde inhoudsopgave
Besluit toelichting Tabel I Wet op de omzetbelasting 1968 (2022)
6 Bioscopen
Geldend
Geldend vanaf 20-04-2022
- Bronpublicatie:
31-03-2022, Stcrt. 2022, 9114 (uitgifte: 19-04-2022, regelingnummer: 2022-6334)
- Inwerkingtreding
20-04-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-03-2022, Stcrt. 2022, 9114 (uitgifte: 19-04-2022, regelingnummer: 2022-6334)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Tarief
Het begrip ‘verlenen van toegang tot bioscopen’ dient te worden uitgelegd tegen de achtergrond van de context waarin het in de btw-richtlijn wordt gebruikt. De verschillende in bijlage III, categorie 7, bij de btw-richtlijn genoemde evenementen en voorzieningen hebben met name als gemeenschappelijk kenmerk dat ze voor het publiek toegankelijk zijn tegen voorafgaande betaling van een toegangsrecht. Eenieder die dit toegangsrecht betaalt, krijgt het recht gebruik te maken van de voor deze evenementen of voorzieningen kenmerkende culturele diensten en ontspanning.
Onder een bioscoop is naar spraakgebruik te verstaan: een voor het publiek tegen betaling toegankelijke inrichting waarin als hoofdactiviteit films worden vertoond. Uit de gebruikelijke betekenis van het woord bioscoop en de context waarin dit begrip dient te worden uitgelegd, vloeit voort dat de post niet van toepassing is op het door een consument individueel bekijken van één of meer films of filmfragmenten in een afgesloten ruimte als bijvoorbeeld een sexcabine (zie ook HvJ 18 maart 2010, C-3/09).
Het geven van gelegenheid tot het bekijken van een film met een VR-bril in een daartoe ingerichte ruimte kwalificeert niet als het verlenen van toegang tot een bioscoop omdat geen sprake is van het gezamenlijk met andere bezoekers bekijken van een film.
De aard van de vertoonde films of de techniek van de filmvertoning spelen voor de toepassing van deze post geen rol.
De verhuur van dvd’s en andere fysieke beelddragers kan niet onder onderdeel e van de post worden gerangschikt.