Hof Amsterdam, 30-07-2019, nr. 200.251.982/01
ECLI:NL:GHAMS:2019:2823
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
30-07-2019
- Zaaknummer
200.251.982/01
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHAMS:2019:2823, Uitspraak, Hof Amsterdam, 30‑07‑2019; (Hoger beroep, Beschikking)
- Vindplaatsen
AR-Updates.nl 2019-0841
VAAN-AR-Updates.nl 2019-0841
Uitspraak 30‑07‑2019
Inhoudsindicatie
WWZ. Handelen in strijd met verbod op het verrichten van nevenwerkzaamheden leidt tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van verwijtbaar handelen. Geen transitievergoeding vanwege ernstig verwijtbaar handelen. Geen billijke vergoeding voor werknemer, omdat de ontbinding niet het gevolg is van (al dan niet ernstig verwijtbaar) handelen van werkgever.
Partij(en)
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer: 200.251.982/01
zaak-/ rolnummer rechtbank Noord-Holland: 7017004 \ AO VERZ 18-93
beschikking van de meervoudige burgerlijke kamer van 30 juli 2019
inzake
[appellant] ,
wonende te [woonplaats] ,
appellant,
advocaat: mr. A.J. Verweij te Ermelo,
tegen
EASYJET AIRLINE COMPANY LTD,
gevestigd te Luton, Verenigd Koninkrijk,
geïntimeerde,
advocaten: mrs. H.M.J. Bogaard te Amsterdam.
1. Het geding in hoger beroep
Partijen worden hierna [appellant] en easyJet genoemd.
[appellant] is bij verzoekschrift met producties, ontvangen ter griffie van het hof op
28 december 2018, onder aanvoering van 24 grieven in hoger beroep gekomen van de beschikking die de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland (hierna: de kantonrechter) op 2 oktober 2018 onder bovenvermeld zaaknummer heeft gegeven. Het beroepschrift strekt ertoe, zakelijk weergegeven, dat het hof de genoemde beschikking zal vernietigen en, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, primair easyJet zal veroordelen tot herstel van de arbeidsovereenkomst op straffe van een dwangsom en subsidiair easyJet zal veroordelen tot betaling aan [appellant] van een billijke vergoeding, vergoeding wegens onregelmatige beëindiging van de arbeidsovereenkomst, de transitievergoeding en een loss of license-insurance-vergoeding, met veroordeling van easyJet in de proceskosten in beide instanties. Voorts verzoekt [appellant] om een verklaring voor recht dat easyJet niet aan haar betalingsverplichtingen jegens hem heeft voldaan en om afgifte van salarisspecificaties.
Op 5 maart 2019 is ter griffie van het hof een verweerschrift met producties in hoger beroep van easyJet ingekomen, inhoudende het verzoek de beschikking waarvan beroep te bekrachtigen, met veroordeling van [appellant] in de proceskosten, uitvoerbaar bij voorraad.
De mondelinge behandeling van het hoger beroep heeft plaatsgevonden op
17 mei 2019. Bij die gelegenheid hebben [appellant] door mr. Verweij voornoemd en easyJet door mr. Bogaard voornoemd en mr. J.T. de Bok, advocaat te Amsterdam, het woord gevoerd, ieder aan de hand van pleitnotities die zijn overgelegd. [appellant] heeft nog producties in het geding gebracht. Partijen hebben inlichtingen verschaft.
Vervolgens is de behandeling van de zaak gesloten en is uitspraak bepaald.
2. Feiten
De kantonrechter heeft in de bestreden beslissing onder 2.1 tot en met 2.62 een aantal feiten als in deze zaak vaststaand aangemerkt. [appellant] heeft op enkele punten bezwaar gemaakt tegen deze feiten. Voor zover van belang zal daarmee hierna rekening worden gehouden. In deze zaak gaat het om het volgende.
2.1.
[appellant] , geboren [geboortedatum] 1977, is van 1 april 2013 tot 1 april 2014 via agency Parc Aviation bij easyJet werkzaam geweest. Vanaf 1 april 2014 is [appellant] in dienst getreden bij easyJet en met ingang van 28 maart 2015 voor onbepaalde tijd. Laatstelijk vervulde [appellant] de functie van Senior First Officer. Op de arbeidsovereenkomst zijn de bepalingen van de cao easyJet Nederland van toepassing (hierna: de cao).
2.2.
Artikel 6.9. van de cao luidt:
(…) Het is de werknemer zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van easyJet niet toegestaan al dan niet betaalde nevenarbeid te verrichten.
2.3.
Artikel 21 van de arbeidsovereenkomst luidt:
(…) You may not hold any ancillary jobs, whether for remuneration or otherwise, without prior written permission from easyJet.
2.4.
[appellant] is door easyJet in de gelegenheid gesteld om promotie te maken door de cursus voor de functie van Captain te volgen. Voor het examen in februari 2017 is [appellant] niet geslaagd.
2.5.
Naar aanleiding van de mededeling van [appellant] aan easyJet dat zijn vrouw een miskraam had gehad, heeft hij van 24 februari tot 18 maart 2017 kortdurend zorgverlof gehad.
2.6.
In maart 2017 deelde [appellant] mee dat hij tot twee keer toe slachtoffer was geworden van een geweldsmisdrijf, waarbij hij onder bedreiging van een vuurwapen werd gedwongen grote sommen geld bij een pinautomaat op te nemen.
2.7.
Op 18 maart 2017 meldde [appellant] zich ziek. De bedrijfsarts achtte [appellant] op
22 maart 2017 voor 100% arbeidsongeschikt in verband met gebeurtenissen buiten het werk.
2.8.
In april 2017 ontving [appellant] een bericht van de Civil Aviation Authority (hierna: CAA) dat zijn class 1 medical certificate (een medisch certificaat dat verplicht is voor alle piloten binnen de commerciële luchtvaart) was opgeschort. EasyJet is hiervan niet op de hoogte gesteld door de CAA.
2.9.
Op 24 april 2017 verscheen [appellant] niet op een afspraak bij de bedrijfsarts. [appellant] gaf hiervoor als reden op dat zijn auto twee lekke banden had, zodat hij niet in de gelegenheid was bij de afspraak te verschijnen.
2.10.
Op 8 mei 2017 achtte de bedrijfsarts [appellant] geschikt om halve dagen aangepast werk te verrichten.
2.11.
Op 1 juni 2017 vond een gesprek plaats tussen easyJet en [appellant] over zijn medische toestand. In dit gesprek bevestigde [appellant] dat hij op 5 juni 2017 een afspraak had met de Aviation Medical Examiner (hierna: AME). De AME is een onafhankelijke keuringsarts in de luchtvaartsector en verbonden aan de CAA. Een AME dient een piloot in voorbereiding op een ‘hersteldmelding’ te keuren en hem ‘fit to fly’ te achten.
2.12.
In een e-mail van 5 juni 2017 schreef [appellant] aan [A] (HR manager, hierna: [A] ) en [B] (Flight Operations Manager easyJet Holland, hierna: [B] ):
(…) Ik heb je al eerder geprobeerd te bellen, maar ik krijg je niet te pakken. Kun je aub contact opnemen. Mijn medical is suspended dus ik kan wel wat hulp gebruiken! (…)
2.13.
Op 6 juni 2017 stuurde [appellant] een e-mail aan [e-mailadres] :
(…) I have to inform you that my medical class 1 is suspended awaiting investigation. I will of course do all possible to get my license back but could use all help available! (…)
2.14.
Op 3 juli 2017 vond een gesprek plaats tussen [B] , [appellant] en [A] . [appellant] liet weten dat hij niet eerder dan op 5 juni 2017 van de AME had vernomen van de reden om zijn class 1 medical certificate op te schorten. De reden betrof een anonieme melding inzake vermeend drugsgebruik en besmetting met het Hiv-virus. [appellant] liet easyJet weten dat sprake was van valse beschuldigingen en onjuiste mededelingen. [appellant] verklaarde verder dat hij bereid was mee te werken aan een vrijwillige drugstest.
2.15.
In een e-mail van 16 augustus 2017 schreef [appellant] aan easyJet:
(…) Just received news from the CAA. As expected and earlier claimed the accusations were fully incorrect. The CAA has drawn the same conclusion and has decided to fully grand my medical class 1 with immediate effect. (…)
2.16.
Op 14 september 2017 vond een gesprek plaats tussen easyJet en [appellant] dat in de notulen is aangeduid als mediation. In de notulen staat onder meer:
(…) The employee had been a victim of multiple (3) serious and severe violent crimes. On top of that the employees’ medical license was suspended due to false accusations made towards the employee. The length, way of communication, mutual understanding and information sharing has lead to unsatisfaction from both parties and questioned trust when it came to the other party’s intentions. (…) The employer wishes to know if the employee would accept to cooperate in any drugs testing. (…) the employee states that he has nothing to hide and is therefore more then willing to consider this option. Before taking such a decision the employee asks the employer to exactly lay down some items, for instance but not limited to; what is being checked, at what frequency is such a check done, where is such a check done, who is doing such a check, and what is the length that the employer has in mind to have the employee undergo these checks.
(…) all parties involved agreed that the foundation was made for a positive future collaboration and mutual trust.
2.17.
Op 25 september 2017 had [appellant] een afspraak met de AME en is het class 1 certificate van [appellant] weer geactiveerd.
2.18.
Op 3 januari 2018 hebben easyJet en [appellant] afspraken gemaakt met betrekking tot de wedertewerkstelling van [appellant] . Tussen partijen werd afgesproken dat – voor zover hier van belang – [appellant] mee zou werken aan drie vrijwillige drugstesten en dat easyJet voor [appellant] een afspraak met de bedrijfsarts zou maken, zodat bezien kon worden of het gewenst was dat [appellant] met een psycholoog zou spreken.
2.19.
Op 10 januari 2018 had [appellant] een afspraak bij de bedrijfsarts. Bij brief van diezelfde datum rapporteerde de bedrijfsarts aan easyJet:
(…) Er zijn mijn inziens geen medische beperkingen voor eigen arbeid. Mocht er nog twijfel zijn over de vraag of werknemer een ondersteuning nodig heeft dan adviseer ik een expertise. Hierover kunnen de werkgever en werknemer samen zoeken een expertisecentrum en mij dan verzoeken voor een verwijsbrief. (…)
2.20.
Op 12 januari 2018 stond de eerste drugstest gepland. [appellant] heeft zich hiervoor afgemeld, met als reden dat zijn vader in [plaats] een hartinfarct had gehad en hij naar [plaats] zou gaan.
2.21.
Bij e-mail van 15 februari 2018 informeerde easyJet [appellant] dat op 20 februari 2018 een nieuwe afspraak voor de drugstest gepland stond.
2.22.
Op 19 februari 2018 meldde [appellant] zich ziek.
2.23.
Op 12 maart 2018 had [appellant] een afspraak met de bedrijfsarts. In de door de bedrijfsarts opgemaakte Periodieke Evaluatie van 13 maart 2018 staat:
(…) Werknemer is momenteel ziek en kan niet werken. (…) Na een week rust, kan werknemer vanaf 19-03-2018 weer werken. (…)’
2.24.
Eind maart 2018 verzocht en kreeg [appellant] toestemming om zijn vader vanuit het ziekenhuis in [plaats] op te halen.
2.25.
Bij brief van 30 maart 2018 nodigde easyJet [appellant] uit voor een gesprek op
3 april 2018, omdat zij had vernomen dat [appellant] bij een andere luchtvaartmaatschappij (Small Planet Airlines) werkzaam zou zijn.
2.26.
Op 3 april 2018 meldde [appellant] zich ziek. Het geplande gesprek is niet doorgegaan. EasyJet ontving van ArboNed de melding dat [appellant] die dag niet thuis werd aangetroffen bij een huisbezoek.
2.27.
Op 4 april 2018 vond een afspraak plaats tussen [appellant] en de bedrijfsarts. In de terugkoppeling van het spreekuur staat onder meer:
(…) Hij werkt op dit moment niet. Hij stelt klachten te ervaren, die samenhangen met een verstoorde werksituatie. Hiernaast spelen er ook niet werk gerelateerde factoren een rol. (…) De klachten berusten naar mijn oordeel deels op ziekte. (…) Meneer [appellant] kan het werk weer hervatten mits de verstoringen in de arbeidsrelatie zijn opgelost. Naast bovengenoemd medisch oordeel geef ik partijen het advies om met een erkende mediator in gesprek te gaan over het probleem. Er is geen medische reden waarom een dergelijk gesprek niet op korte termijn zou kunnen plaatsvinden. (…)’
2.28.
Bij brief van 5 april 2018 nodigde easyJet [appellant] uit voor een zogenoemde ‘Stage Four Meeting’ conform haar ‘disciplinary procedure’ op 6 april 2018, omdat easyJet – kort gezegd – wilde weten of [appellant] in dienst was bij Small Planet Airlines en waarom [appellant] in de voorliggende periode zijn werkhervatting frustreerde en zich weinig coöperatief opstelde.
2.29.
Op 6 april 2018 ontving [appellant] van de bedrijfsarts een gewijzigde terugkoppeling van zijn afspraak van 4 april 2018. Hierin staat onder meer:
(…) Meneer [appellant] is op dit moment niet geschikt voor eigen werk ten gevolge van zijn medische situatie. Meneer [appellant] heeft beperkingen in het persoonlijk functioneren. (…) Hiernaast spelen er naar mijn oordeel ook niet werkgerelateerde factoren een rol. (…) Ik adviseer over de werkgerelateerde factoren samen in gesprek te gaan. Ik adviseer om met een erkende mediator in gesprek te gaan over het probleem, dat aanleiding is geweest voor de ziekmelding. (…) Ik acht het medisch verantwoord dat een dergelijk gesprek op korte termijn plaatsvindt. (…) Ik adviseer nog geen werkhervatting tot volgende evaluatie moment. (…)’
2.30.
Na ontvangst van de gewijzigde terugkoppeling verzocht [appellant] de bedrijfsarts de discrepantie tussen de verslagen te verklaren. De bedrijfsarts liet – kort gezegd – weten dat easyJet een iets genuanceerdere terugkoppeling had gevraagd, maar dat er in principe hetzelfde staat.
2.31.
Bij monde van de VNV (vakbond) liet [appellant] per e-mail van 6 april 2018 weten niet aanwezig te zullen zijn bij de ‘Stage Four Meeting’ op diezelfde dag, met als reden dat hij niet fit genoeg was voor een dergelijk gesprek. In reactie daarop schreef easyJet aan [appellant] :
(…) Unfortunately you didn’t attend today’s meeting (…). It is paramount that we conduct a stage 4 disciplinary hearing. The aim of this meeting is not only to establish facts as well to give both you and easyJet the opportunity to ask questions and to clarify any issues.
There will be quite a few topics which I would like to discuss during the next meeting. Some of these issues are:
Whether you operate for Small Planet airlines as a pilot
Written confirmation of that your father has been hospitalized in [plaats]
The length of the process to get an AME appointment last year summer.
Confirmation through either tickers and/or a receipt that you have attended an AME appointment of June 05. 2017
There are several ambiguities in the timeline which has been produced which must be clarified. In order to find a way forward and to regain mutual trust it is of key importance that we get proof of and discuss occurrences, which have occurred since February 2017.
(…) The next stage 4 disciplinary hearing will be held at Wednesday April 11th (…).
2.32.
Bij e-mail van 10 april 2018 schreef de VNV dat [appellant] het – gelet op het advies van de bedrijfsarts (en zijn huisarts) – niet verantwoord vond om de hearing van 11 april 2018 bij te wonen en verder:
(…) Omdat [appellant] natuurlijk begrijpt dat er vragen zijn gerezen hebben wij eerder in de pragmatische sfeer voorgesteld om binnen een redelijke termijn te geven op vragen. Aangezien wij uit de 6 april brief kunnen afleiden om welke onderwerpen het gaat, kan EZY overwegen om haar (nadere) vragen ter zake die vier punten aan [appellant] toe te zenden, die binnen redelijke termijn (wij hebben vijf dagen genoemd) antwoord zal geven. Dit mits EZY wel alle haar ter beschikking staande verklaringen, bewijsstukken met deze vragen meezendt. (…)
2.33.
Bij e-mail van 12 april 2018 schreef easyJet aan de VNV:
(…) Questions for [appellant] regarding Small Planet Airlines:
a. Did you ever fly as a pilot operating flights (directly or indirectly) for Small
Planet Airlines?
b. If not, do you intend to work for Small Planet Airlines?
c. Do you have currently – or did you in the past had – any business relation with Small Planet Airlines as a Pilot (e.g. via a third party contract)?
d. Did you ever operate an aircraft of – or on behalf of - Small Planet Airlines.
e. We received a statement that you have been seen operating an aircraft of Small Planet Airlines, what is your reaction to this?
f. Why haven’t you shared your complete original Pilot license with us yet?
g. We intend to contact Small Planet Airlines in writing for confirmation (or
disconfirmation) of any relation you might have with them as a Pilot? Do you
allow us to do so, if not, why not?
h. What did you tell the company docter (ArboNed) regarding any employment with Small Planet Airlines?
(…) We would like to have received all feedback, including all evidence, latest Monday April 16th at 15.00 CET. (…)
2.34.
Bij e-mail van 16 april 2018 om 11:43 uur schreef de VNV aan easyJet:
(…) [appellant] heeft aangegeven dat hij graag eerst de relevante stukken waarover easyJet beschikt op kantoor in te komen zien alvorens antwoord te geven op de gestelde vragen. Hij stelt voor om elkaar te treffen vanmiddag rond 13.30u bij Starbucks. (…) Het is louter [appellant] bedoeling om de stukken in te zien, zodat hij daarna beter in staat is de antwoorden op de gestelde vragen te beantwoorden. (…)
2.35.
EasyJet reageerde diezelfde dag om 12:52 uur:
(…) I can confirm that we are willing to meet with you and [appellant] provisional that [appellant] will bring and show us his original Pilot License (front and back). We will bring with anonymised statements for your review. (…)
2.36.
Nog diezelfde dag, op 16 april 2018, ontmoetten [A] , [B] , [appellant] en
[C] , adviseur VNV (hierna: [C] ), elkaar op Schiphol. Tijdens de bespreking heeft [appellant] aan easyJet een brief getoond, afgedrukt op briefpapier van Small Planet Airlines en gedateerd op 9 april 2018. Hierin staat onder meer:
(…) We confirm that we have been contacted by the Amsterdam base captain of EasyJet. He requested us to provide information about you. His request surprised us. Information is private and confidential. (…)From your email we understand your urgent need for clarification. We therefore confirm that:
- You have passed our screening and we have made you an offer for employment.
- (…)
- Employment start date offer is as from 31.10.2018 – 31 October 2018 –.
- At the time of this writing we have not received a signed agreement also you have made no verbal acceptance that would suggest your acceptance to our offer.
- At the time of this writing no employment relation between you and our company exist and no duties or tasks have been performed that could suggest otherwise. (…)
De bespreking is onderbroken om [appellant] in staat te stellen zijn vliegbrevet op te halen. Dit is door easyJet bevestigd in een e-mail van diezelfde dag om 14:45 uur aan [C] en [appellant] :
(…) Just a quick email to confirm that we have showed you and [appellant] our statements regarding Small Planet Airlines. [appellant] promised to bring his original license but he forgot it at home. We all agreed that [appellant] is now going home to pick it up and he will show it this afternoon. (…) We were also very surprised that he did not show up at his appointment at […] this morning (…). We received a no-show report (…) and that they could not reach him by phone. (…)
Nadat [appellant] zijn vliegbrevet thuis had opgehaald, heeft easyJet het vliegbrevet van [appellant] ingezien. Op het brevet staat een validatie (‘typerating’) van december 2017 die niet in opdracht van of in overleg met easyJet is aangebracht.
2.37.
Bij e-mail van 16 april 2018 om 23:01 uur heeft [appellant] (ontkennende) antwoorden gegeven op de door easyJet in de e-mail van 12 april 2018 gestelde vragen en heeft [appellant] zijn toestemming aan easyJet onthouden om de vermoedens dat hij als piloot bij Small Planet Airlines had gevlogen bij Small Planet Airlines te verifiëren.
2.38.
Bij brief van 16 april 2018 deelde de CAA aan [appellant] mee:
(…) Based on the information received, your EU Class 1 medical certificate is provisionally suspended pending further review. (…)
2.39.
Op 17 april 2018 ontving easyJet namens [appellant] een brief van mr. J. Blaauw van DAS Rechtsbijstandsverzekeraar (hierna: Blaauw), waarin onder meer staat:
(…) Er hebben twee ontmoetingen plaatsgevonden. (…) heeft cliënt inzage gekregen in “belastend bewijs” ten gevolge waarvan hij zijn werkzaamheden niet zou mogen hervatten. (…) heeft cliënt op uw verzoek zijn vliegbrevet getoond. (…) Cliënt heeft u nadrukkelijk verzocht om geen uitlatingen te doen over cliënt jegens andere vliegmaatschappijen, omdat dit in het verleden reeds eerder tot verstoringen heeft geleid. U heeft nadrukkelijk aan cliënt bevestigd om zich daarvan te weerhouden. (…) Gisteravond, (…) nam een medewerker van Small Planet contact met cliënt op. Uit de verklaring van Small Planet bleek overduidelijk dat easyJet wel degelijk persoonlijke, vertrouwelijke en mogelijk zelfs onjuiste informatie over cliënt heeft verstrekt. (…) een eerder gedaan werkaanbod is komen te vervallen. (…)
2.40.
Op 18 april 2018 stuurde de gemachtigde van easyJet een e-mail aan Blaauw waarin zij aangaf nog op voornoemde brief van Blaauw te zullen reageren, maar dat zij met spoed antwoord wilde ontvangen op de vraag of [appellant] werkzaamheden had verricht voor Small Planet Airlines.
2.41.
In een e-mail van 20 april 2018 ontving de gemachtigde van easyJet een antwoord van Blaauw:
(…) Client heeft niet via derden gewerkt. Client heeft dan ook niet in zijn functie van piloot gevlogen voor of in een toestel van Small Planet of een toestel opererende voor Small Planet. Wel kan ik u bevestigen dat client heeft meegevlogen in een toestel van Small Planet, net zoals ieder andere passagier aan boord van een vliegtuig. Het meevliegen was niet in de functie van piloot. (…)
2.42.
In een e-mail van 24 april 2018 stuurde de gemachtigde van easyJet een drietal verklaringen aan Blaauw:
- -
op 6 april 2016 verklaart [D ] , piloot bij easyJet, dat: een dispatcher van Menzies Aviation eind feb/begin maart (2018) aan mij bevestigd heeft dat zij mijn collega de heer [appellant] vlak voor mij vlucht had aangetroffen als operating Captain in de cockpit van een vliegtuig van Small Planet Airlines.;
- -
op 23 april 2018 verklaart [B] : (…) Hereby I confirm that I have spoken to an employee of Small Planet Airlines who has informed me that [appellant] is / has been operating flights for / on behalf of Small Planet Airlines.
I also confirm that I have spoken to more than 1 person of Menzies who have confirmed that they have been discussing between them that [appellant] has been seen operating for Small Planet Airlines.
Also I have received an email on the 20th of April 2018 from an Amsterdam based Captain who has a friend who is a First Officer at Small Planet who state that [appellant] is / has been operating for / on behalf of Small Planet Airlines and this is also confirmed to the First Officer by their local management.;
- Op 23 april 2018 verklaart [A] : Hereby I confirm having received a phone call from one of our former employees (currently employed at another airline) Today (23/04/2018) at 10:45. This individual verbally confirmed the following facts to me:
- -
He recently (a day in the past 2 weeks) witnessed mr. [appellant] wearing a uniform as a Pilot in command (“gezagvoerder”/ “Captain”) whilst sitting close to him in the bus.
- -
He contacted one of his contacts working for Small Planet Airlines training department asking if [appellant] works for them. This contact confirmed that:
a. [appellant] completed a training course as a Pilot in command for Small Planet Airlines; and
b. [appellant] is operating flights for Small Planet Airlines. (…)
2.43.
In een e-mail van 26 april 2018 reageerde Blaauw:
Client is open geweest naar uw cliënte over het feit dat een aantal keren heeft meegevlogen in een toestel van Small Planet. Omdat cliënt door uw cliënte al langere tijd niet in de gelegenheid is gesteld om zijn werkzaamheden te hervatten, heeft dit hem ertoe bewogen om om zich heen te kijken naar andere dienstbetrekkingen. (…) In dat kader heeft cliënt meegevlogen met Small Planet om te zien hoe de werkwijze al daar is. Client heeft meegevlogen in de zogeheten fly-back. Er zijn drie stoelen aanwezig in een cockpit. Twee ervan worden zijn bedoeld voor de betreffende piloten en daarachter is nog een extra stoel. Client heeft geen uniform van Small Planet gedragen. Het feit dat de indruk is ontstaan dat hij in een uniform van Small Planet heeft gevlogen, kan zijn ontstaan uit het feit dat hij een donkerblauw colbert droeg en een nette broek. (…)
2.44.
Op 26 april 2018 is [appellant] door easyJet op staande voet ontslagen.
2.45.
Bij brief van 3 mei 2018 heeft mr. P. Kruit als gemachtigde van [appellant] (hierna: mr. Kruit) geschreven dat [appellant] gebruik wenste te maken van zijn recht om intern beroep in te stellen overeenkomstig hetgeen daarover is bepaald in de toepasselijke cao. Naar aanleiding hiervan heeft easyJet een interne beroepsprocedure opgestart. Op 24 mei 2018 heeft de appeal meeting plaatsgevonden. Bij brief van 7 juni 2018 is de uitkomst hiervan aan [appellant] medegedeeld. Kort gezegd houdt de beslissing in dat het ontslag op staande voet gehandhaafd blijft.
2.46.
Bij brief van 25 mei 2018 schreef de gemachtigde van easyJet aan Small Planet Airlines:
(…) we are asking for some assistance from Small Planet Airlines in clarify the nature of Mr [appellant] ’s business associations with Small Planet Airlines. (…) I attach the letter and the email dated 16 April and 14 May 2018 from Small Planet Airlines addressed to mr [appellant] . These documents were forwarded by the attorney of Mr [appellant] to me. The subject matter of the attached documents relates to a suspended and terminated offer for employment from Small Planet Airlines to Mr [appellant] . (…) we kindly ask you to cooperate in answering a few questions. (…) (1) if the attached e-mail (…) and letter (…) are genuine documents created by or behalf of Small Planet and whether they have been sent in this format and with this content by Small Planet Airlines to Mr [appellant] ; (2) if in the years 2017 and/or 2018 Mr [appellant] is or has been (directly or indirectly) employed by Small Planet Airlines as a pilot (…); (3) if David [appellant] has flown (in any rank) as a pilot operating flights (directly or indirectly) for Small Planet Airlines in 2017 and/or 2018 and if so, when. (…)
De genoemde brief en de e-mail aan [appellant] , die easyJet wenste te controleren op authenticiteit, luiden, voor zover hier van belang, als volgt:
- -
e-mail van 16 april 2018, voorzien van een ondertekening met de naam Dr. [E] (NP Flight Operation by Small Planet Airlines, hierna: [E] ): (…) I have to notify you, that we received oral information from one easyJet representative explaining us, that you have not worked as a pilot for easyJet. (…) As a result, we have to suspend and terminate our offer but we will have to verify the information and data you have submitted in your application. (…)
- -
brief van 14 mei 2018, voorzien van een ondertekening met daarbij vermeld de naam [F] (CEO Small Planet Airlines):Termination Offer Employment Agreement (…) On 16.04.2018, we notified you by email that we had decided to terminate our offer for employment agreement with immediate effect. We confirm that termination by means of this letter. Therefore the employment agreement will not take effect on 31.10.2018 and you can not derive any rights from it. (…)
2.47.
In een e-mail van 7 juni 2018 schreef mr. Kruit aan de gemachtigde van easyJet:
(…) Gisteravond ontving ik van cliënt het bericht dat mw. [G] van Small Planet vandaag beschikbaar is voor het beantwoorden van vragen. Zij is bereikbaar op nummer 06(…).
2.48.
In een e-mail van 8 juni 2018 om 10:03 uur schreef de gemachtigde van easyJet aan mr. Kruit:
(…) Ik heb zojuist de heer [E] gesproken van Small Planet Airlines (…). Hij zei mij dat:
- -
[G] niet door [appellant] is gecontacteerd (zij zat naast hem dus hij kon dat meteen verifiëren);
- -
Mevrouw [G] liet via de heer [E] weten dat zij geen idee had waarover ik het had toen ik zei dat de heer [appellant] toestemming aan Small Planet Airlines heeft gegeven om met mij te praten;
- -
Mevrouw [G] heeft geen Nederlands mobiel nummer, wel een Duits nummer. (…)
2.49.
Bij e-mail van 8 juni 2018 om 11:51 uur stelde mr. Kruit, met de gemachtigde van easyJet in cc, zeven vragen aan [E] , waaronder:
My fifth question is: did mr. [appellant] have an employment agreement with Small Planet Airlines?
My sixth question is: did mr. [appellant] do any work as a pilot for Small Planet Airlines in a three party construction (…)?
My seventh question is: are the letters in the attachment by this mail [zijnde de hiervoor onder 2.46 genoemde e-mail van 16 april 2018 en brief van 14 mei 2018, hof] written by you and mr. [F] and are the letters send by Small Planet Airlines?
Mr. [appellant] allows you to give an honest answer to all these questions. (…)
2.50.
[appellant] verzocht [E] , per e-mail van 12:18 uur, niet te antwoorden:
I receive a message that must be from anyone else but my lawyr. So No reaction information is approved to give to anyone. We investigate this.
2.51.
[E] heeft de vragen beantwoord. In een e-mail van 8 juni 2018 om 15:14 uur schreef hij aan mr. Kruit, met de gemachtigde van easyJet in cc, in antwoord op zijn vragen:
Fifth Question: He had an employment agreement with Small Planet Airlines GmbH only as he was based in Germany.
Sixth Question: No (see answer to fifth question).
Seventh Question: No (see the original e-mail and the original letter that has been sent attached).
De door [E] bijgevoegde stukken die hij betitelt als ‘origineel’ betroffen een e-mail van 16 april 2018 van [E] en een brief van 7 mei 2018, ondertekend door [H] , CCO, en [E] . De bijgesloten e-mail van 16 april 2018 wijkt af van de eerder door [appellant] opgevoerde e-mail van diezelfde datum en tijd en luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
(…) I have to notify you, that we received oral information from one easyJet representative explaining us, that you have not worked as commander for easyJet. (…) As a result, we have to verify the information and data you have submitted in your application. (…)
De bijgesloten brief van 7 mei 2018 luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
Termination letter
(…) Herewith we terminate the employment relationship with you. This contract termination is given in observance of a two weeks’ period of notice during probation period. The employment relationship will therefore end on conclusion of 23.05.2018. (…) We expect the return of all tangible assets owned by Small Planet Airlines such as uniform and Crew ID in a proper condition until 23.05.2018. (…)
2.52.
[appellant] heeft op 29 augustus 2018 een brief in het geding gebracht van 3 augustus 2018 van het arbeidsgerecht in Berlijn. In de brief wordt een schikkingsvoorstel gedaan. De tekst daarvan luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
(...)
1. Die Parteien sind sich darüber einig, dass ihr Arbeidsverhältnis aufgrund ordentlicher, fristgemäßer arbeitgeberseitiger Kündigung aus betrieblichen Gründen mit Ablauf des 30.06.2018 geendet hat.
2. Die Parteien sind sich darüber einig, äufgrund däss ihr Arbeidsverhältnis des 30.6.2018 hät geendet däss Sie bis zum Ende des Arbeitsverhältnis keine Arbeit geleistet häben, weil der Arbeitsverhältnis erst äm 31. Oktober 2018 in Kräft treten würde.
3. D. Bekl. zahlt an d. Klg. als Ausgleich für den Verlust des Arbeitsplatzes und die falschen Aussagen eine Abfindung (…) in Höhe von
18.850,00 EUR brutto (achtzehntausendachthundertfünfzig). (…)
2.53.
Voorts heeft [appellant] twee verklaringen overgelegd:
- Op 10 mei 2018 verklaart [I] : (…) I declare and confirm, that Mr. [appellant] , was only sitting on the jumpseat and did not perform flying duties on the described flights below:
Date: 13 January 2018 (…)
- Op 11 mei 2018 verklaart [J] , Captain Airbus A320: (…) Date: 21/03/18 Departure: Düsseldorf Arrival: Palma de Mallorca (…) Mr. [appellant] is also on board our aircraft. He is no member but in normal clothes. He was also not going to do any work or duties and he would only sit on our jumpseat and enjoy the view.
Unfortunately Mr. [appellant] came for nothing to Dusseldorf. We had a technical issue and he could not come with us. If he would have come with us he would be just a normal passenger sitting with us and enjoying the views. (…)
3. Beoordeling
3.1.
[appellant] heeft in eerste aanleg - samengevat weergegeven en voor zover in hoger beroep van belang - primair verzocht om vernietiging van het door easyJet gegeven ontslag op staande voet, veroordeling van easyJet tot betaling van het loon vanaf 1 april 2018, veroordeling van easyJet tot rectificatie van aan de CAA verstrekte onjuiste informatie zodat [appellant] in staat wordt gesteld zijn medische licentie opnieuw te verkrijgen en veroordeling van easyJet om [appellant] binnen twee dagen na verkrijging van zijn medische licentie toe te laten tot de werkvloer. Subsidiair heeft [appellant] - samengevat weergegeven - verzocht om easyJet te veroordelen tot betaling van een transitievergoeding van € 8.952,00 bruto, een vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 33.223,33 bruto, en een billijke vergoeding van € 5.535.301,44 bruto, en tot het opstellen van een deugdelijke eindafrekening. Voorts heeft [appellant] verzocht easyJet te veroordelen tot betaling van de vergoeding onder de zogenoemde ‘loss of license insurance’ ter hoogte van € 49.660,59 bruto. .
3.2.
EasyJet heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot afwijzing van de verzoeken van [appellant] , met veroordeling van [appellant] in de proceskosten. EasyJet heeft, voor het geval het ontslag op staande voet geen stand zou houden, verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [appellant] op zo kort mogelijke termijn, primair vanwege verwijtbaar handelen of nalaten van [appellant] (de e-grond), subsidiair vanwege een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding (de g-grond) en meer subsidiair vanwege omstandigheden die zodanig zijn dat de arbeidsovereenkomst met [appellant] billijkheidshalve behoort te eindigen (de h-grond), en te bepalen dat partijen de eigen proceskosten dragen.
3.3.
Bij de bestreden beschikking heeft de kantonrechter geoordeeld dat de feiten waarmee easyJet bekend was op het moment dat zij het ontslag op staande voet aan [appellant] heeft verleend, niet voldoende waren om tot de conclusie te kunnen komen dat de dringende reden zoals deze aan het ontslag ten grondslag is gelegd, in voldoende mate vast stond. Het ontslag op staande voet is daarom volgens de kantonrechter niet rechtsgeldig gegeven en door hem vernietigd. De vordering tot loondoorbetaling is toegewezen tot de dag dat de arbeidsovereenkomst is geëindigd, waarbij het loon is bepaald op het bedrag waarop [appellant] recht zou hebben gehad indien hij niet ziek was, vermeerderd met de wettelijke verhoging die is beperkt tot 20%, en de wettelijke rente. De verzochte emolumenten zijn afgewezen omdat [appellant] in de betreffende periode niet heeft gevlogen. EasyJet is niet veroordeeld tot rectificatie, omdat volgens de kantonrechter onvoldoende vast is komen te staan dat easyJet informatie aan de CAA heeft verstrekt en het als onweersproken is vast komen te staan dat [appellant] zelf verantwoordelijk is voor het terugkrijgen van zijn medische licentie. Voorts is het de kantonrechter niet gebleken welke reden er aan ten grondslag ligt dat [appellant] zijn medische licentie niet heeft teruggekregen. Het verzoek tot wedertewerkstelling is door de kantonrechter afgewezen, gelet op de beslissing op het tegenverzoek. Met betrekking tot het tegenverzoek oordeelt de kantonrechter dat de door easyJet naar voren gebrachte feiten en omstandigheden een redelijke grond voor ontbinding op de e-grond opleveren. De arbeidsovereenkomst is door de kantonrechter met ingang van de beschikkingsdatum ontbonden, zonder toekenning van enige vergoeding, omdat [appellant] volgens de kantonrechter ernstig verwijtbaar heeft gehandeld.
3.4.
In hoger beroep komt [appellant] met 24 grieven op tegen de overwegingen en beslissingen van de kantonrechter. De grieven hebben de strekking aan het hof voor te leggen de verzoeken van [appellant] voor zover deze door de kantonrechter zijn afgewezen en de verzoeken van easyJet voor zover deze zijn toegewezen. Het hof merkt op dat de vernietiging van het aan [appellant] gegeven ontslag op staande voet niet aan zijn oordeel is onderworpen. Het hof zal naar aanleiding van de grieven de volgende onderwerpen aan de orde stellen: (a) het al dan niet verrichten van verboden nevenactiviteiten door [appellant] ; (b) de eventuele consequenties daarvan; en (c) de nevenvorderingen.
(a) het al dan niet verrichten van verboden nevenactiviteiten door [appellant]
3.5.
Volgens easyJet staat vast dat [appellant] gedurende zijn dienstverband met haar tevens in dienst is geweest van Small Planet Airlines en nevenwerkzaamheden heeft verricht binnen dat dienstverband. Door aldus te handelen heeft hij in strijd gehandeld met artikel 6.9 van de cao en artikel 21 van de arbeidsovereenkomst (hierna: de nevenwerkzaamhedenbedingen), zodat een ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen partijen op grond van verwijtbaar handelen gerechtvaardigd is, aldus easyJet. [appellant] betwist dat hij in strijd heeft gehandeld met de voor hem geldende nevenwerkzaamhedenbedingen.
3.6.
De eerste vraag is aldus of [appellant] in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen. Bij de beantwoording van die vraag stelt het hof voorop dat de werkgever de aan zijn ontbindingsverzoek ten grondslag liggende feiten en omstandigheden zal moeten stellen en, bij voldoende gemotiveerde betwisting door de werknemer, zal moeten bewijzen. Daarbij verdient opmerking dat voor bewijs in het burgerlijk procesrecht niet steeds is vereist dat de te bewijzen feiten en omstandigheden onomstotelijk komen vast te staan, maar kan volstaan dat deze voldoende aannemelijk worden. Het vorenstaande is niet anders in het geval dat de werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzoekt (HR 16 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:182).
3.7.
Ter onderbouwing van haar stelling dat [appellant] in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen, heeft easyJet het volgende aangevoerd.
3.7.1.
In zijn e-mail van 8 juni 2018 aan mr. Kruit, met de gemachtigde van easyJet in cc, schrijft [E] expliciet dat [appellant] een arbeidsovereenkomst had met Small Planet Airlines. In zijn e-mail verwijst [E] onder meer naar een brief van
7 mei 2018. De brief heeft als onderwerp ‘termination letter’ en betreft een opzegging van de arbeidsovereenkomst. [appellant] wordt bovendien verzocht de bedrijfseigendommen te retourneren. De e-mail van 8 juni 2018 en de brief van 7 mei 2018 laten er volgens easyJet geen twijfel over bestaan dat een arbeidsovereenkomst bestond tussen [appellant] en Small Planet Airlines.
3.7.2.
Dat een arbeidsovereenkomst bestond tussen [appellant] en Small Planet Airlines blijkt volgens easyJet ook uit de brief van het arbeidsgerecht Berlijn van 3 augustus 2018 met daarin een voorstel voor een tussen [appellant] en Small Planet Airlines overeen te komen schikking. Onder punt 1 staat dat partijen het erover eens zijn dat de tussen hen bestaande arbeidsovereenkomst als gevolg van opzegging door de werkgever met ingang van 30 juni 2018 geëindigd is en onder punt 3 staat dat Small Planet Airlines aan [appellant] een vergoeding zal betalen ter hoogte van € 18.850,00 bruto als vergoeding voor het verlies van zijn arbeidsplaats.
3.7.3.
EasyJet heeft verder gewezen op het feit dat in het vliegbrevet van [appellant] een validatie (‘typerating’) staat die niet door easyJet is uitgevoerd. Op zichzelf is dat mogelijk, maar het is voor een easyJet-werknemer onlogisch zelf zorg te dragen voor een dergelijke dure validatie, omdat easyJet haar eigen validatieprogramma heeft en externe validaties binnen easyJet niet worden geaccepteerd.
3.7.4.
EasyJet houdt het erop dat [appellant] een arbeidsovereenkomst heeft gesloten met Small Planet Airlines voor de bepaalde tijd van een jaar van 1 november 2017 tot en met 31 oktober 2018 en dat zij hem in de proeftijd (in Duitsland maximaal zes maanden) heeft willen ontslaan. Met de brief van 7 mei 2018 was zij daarmee net te laat, zodat zij schadeplichtig is geworden. Dit scenario zou zowel de brief van 7 mei 2018 verklaren, als (een deel van) de brief van het arbeidsgerecht, als ook de buitenlandse validatie, aldus easyJet.
3.7.5.
Voorts heeft easyJet gewezen op de hierboven onder 2.42 geciteerde verklaringen van [D ] , [B] en [A] .
3.7.6.
Ten slotte heeft easyJet aangevoerd dat [appellant] wisselend heeft verklaard over zijn contacten met Small Planet Airlines. Waar in de e-mail van Blaauw van 20 april 2018 nog wordt gezegd dat hij mee is gevlogen “net als ieder andere passagier aan boord van een vliegtuig”, veranderde dat in de e-mail van 26 april 2018 in meevliegen “in de zogeheten fly-back”.
3.8.
Aldus heeft easyJet naar het oordeel van het hof voldoende gesteld om aannemelijk te achten dat [appellant] in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen. [appellant] heeft de stellingen van easyJet naar het oordeel van het hof onvoldoende gemotiveerd betwist. Dat wordt als volgt toegelicht.
3.9.
[appellant] heeft zijn betwisting voor het belangrijkste deel gegrond op de brief van 14 mei 2018, de e-mail van 16 april 2018 en de brief van het arbeidsgerecht Berlijn. In eerste aanleg heeft hij ook gewezen op de brief van 9 april 2018, door hem aan easyJet getoond op 16 april 2018. Het hof stelt vast dat [E] in zijn hierboven genoemde e-mail van 8 juni 2018 aan mr. Kruit, met de gemachtigde van easyJet in cc, heeft laten weten dat de brief van 14 mei 2018 en de door [appellant] aangehaalde e-mail van 16 april 2018 niet afkomstig zijn van Small Planet Airlines. Ter weerlegging hiervan heeft [appellant] zich beroepen op drie berichten:
- -
een sms-bericht van 8 juni 2018 aan de vrouw van [appellant] , met de volgende tekst: Dear Mrs [appellant] with the completely different information I received I confirm we recall the information I provided today. I am prepared to explain our back ground. Therefore, allow me to invite you and Mr [appellant] for a meeting 13th of June in the lobby of Bastion hotel in Amsterdam. Best Regards, Dr. [E];
- -
een e-mail van 10 juni 2018 aan [appellant] en zijn vrouw die als volgt luidt: (…) After having obtained legal advice, my company has decided neither to grant permission for the meeting on 13th of June in Amsterdam neither to allow further communication with either of you. (…) Best Regards, Dr. [E];
- -
een sms-bericht van 21 juni 2018 aan mr. Kruit van het nummer [nummer] met de volgende tekst: My company and I will not answer questions from others anymore and this is the last. Respect this please. The information I thought was right was not complete and wrong. The CEO wrote a statement to confirm this and refer to11.04.2018. Apology and also the last contact from our side. Dr. [E].
Volgens [appellant] blijkt hieruit dat de informatie die is verstrekt door Small Planet Airlines, meer in het bijzonder de e-mail van 8 juni 2018 van [E] aan mr. Kruit, onbetrouwbaar en onjuist is. Het hof gaat hieraan voorbij. Uit de berichten blijkt immers niet welke door Small Planet Airlines verstrekte informatie onjuist zou zijn. Verder valt op dat deze berichten zijn gericht aan [appellant] en zijn vrouw en aan mr. Kruit, terwijl Small Planet Airlines op dat moment tevens (in ieder geval via cc) in rechtstreeks contact stond met easyJet en gesteld noch gebleken is dat zij easyJet rechtstreeks heeft laten weten dat de aan haar op 8 juni 2018 verstrekte informatie onjuist was. Het hof gaat dan ook ervan uit dat de brief van 14 mei 2018 en de e-mail van 16 april 2018 niet afkomstig zijn van Small Planet Airlines. Voor de brief van 9 april 2018, waarin wordt gesproken over een ‘offer for employment’ en een ‘start date offer’ van 31 oktober 2018, geldt dat deze inhoud niet te verenigen is met de bevestiging van [E] per e-mail van 8 juni 2018 dat [appellant] een arbeidsovereenkomst had met Small Planet Airlines. Om die reden gaat het hof ervan uit dat ook deze brief niet afkomstig is van Small Planet Airlines.
3.10.
Voor de brief van het arbeidsgerecht Berlijn die door [appellant] ter onderbouwing van zijn verweer in het geding is gebracht, geldt dat die onder de punten 1 en 3 de stellingen van easyJet juist bevestigt. [appellant] heeft zich beroepen op punt 2. EasyJet heeft de authenticiteit van dit onderdeel betwist. Het hof stelt vast dat onder punt 2 tegenstrijdigheden staan. Enerzijds wordt melding gemaakt van een beëindiging van de arbeidsovereenkomst per 30 juni 2018, anderzijds wordt gesproken over een arbeidsovereenkomst die pas per 31 oktober 2018 in werking zou treden. Het betreffende punt 2 bevat ook een groot aantal grammaticale en spelfouten die niet voorkomen in de overige onderdelen van de brief (bijvoorbeeld het veelvuldige onjuiste gebruik van de Umlaut). [appellant] heeft desgevraagd niet kunnen verhelderen hoe een en ander is veroorzaakt en moet worden begrepen. Het hof gaat dan ook ervan uit dat onderdeel 2 van het stuk niet authentiek is.
3.11.
[appellant] heeft zich verder beroepen op de verklaringen van [I] en [J] . Het hof stelt vast dat deze verklaringen weliswaar informatie verschaffen over de in die verklaringen genoemde vluchten, maar niet over de gehele periode waarin [appellant] nevenwerkzaamheden zou hebben verricht. Zij tonen daarom niet aan dat [appellant] niet in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen.
3.12.
De conclusie van het voorgaande is dat het op grond van de stellingen van easyJet naar het oordeel van het hof voldoende aannemelijk is dat [appellant] gedurende zijn dienstverband met easyJet tevens een arbeidsovereenkomst heeft gehad met Small Planet Airlines en aldus in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen. [appellant] heeft de stellingen van easyJet onvoldoende gemotiveerd betwist, omdat zijn verweer niet sluitend is en – anders dan de stellingen van easyJet – geen congruent geheel vormen en ruimte laten voor twijfel. De grieven van [appellant] die zijn gericht tegen het oordeel van de kantonrechter dat [appellant] in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen zijn daarom tevergeefs voorgedragen.
(b) consequenties van handelen in strijd met verbod op nevenwerkzaamheden
3.13.
Nu vast staat dat [appellant] in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen, dienen de consequenties daarvan te worden bezien. EasyJet heeft primair verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van verwijtbaar handelen, zonder toekenning van een transitievergoeding wegens ernstig verwijtbaar handelen.
3.14.
Allereerst stelt het hof vast dat eventuele arbeidsongeschiktheid van [appellant] niet in de weg staat aan ontbinding. Evenals de kantonrechter is het hof van oordeel dat het verzoek van easyJet geen verband houdt met eventuele arbeidsongeschiktheid van [appellant] . Het verzoek is primair gegrond op verwijtbaar handelen, subsidiair op een verstoorde arbeidsverhouding en meer subsidiair op ‘overige gronden’. De verwijten die [appellant] worden gemaakt, is dat hij in strijd heeft gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen, dat hij afspraken niet is nagekomen in het kader van drugstesten en psychologisch onderzoek en dat hij onjuiste c.q. vervalste verklaringen aan easyJet heeft verstrekt. Deze verwijten houden geen verband met eventuele arbeidsongeschiktheid wegens ziekte, zodat geen opzegverbod geldt dat in de weg staat aan ontbinding.
3.15.
Naar het oordeel van het hof kwalificeert het handelen van [appellant] als verwijtbaar handelen, zodanig dat van easyJet in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren (artikel 7:669 lid 3 sub e BW). [appellant] heeft in strijd gehandeld met de nevenwerkzaamhedenbedingen door in zee te gaan met Small Planet Airlines. Door easyJet is onweersproken gesteld dat Small Planet Airlines een concurrent van haar is. Gesteld noch gebleken is dat [appellant] toestemming heeft gevraagd voor het verrichten van nevenwerkzaamheden, terwijl de nevenwerkzaamhedenbedingen daarvoor wel ruimte bieden. Daarbij komt dat [appellant] werkzaamheden heeft verricht voor Small Planet Airlines in een periode dat bij easyJet zorgen bestonden over de vraag of hij zijn werkzaamheden als piloot op een veilige en verantwoorde wijze kon uitvoeren en easyJet en [appellant] trachtten afspraken te maken om tot werkhervatting te komen. Door aldus te handelen heeft [appellant] het vertrouwen van easyJet beschaamd en heeft hij verwijtbaar gehandeld, zodat de arbeidsovereenkomst door de kantonrechter op goede gronden met onmiddellijke ingang is ontbonden. Of [appellant] tevens verwijtbaar heeft gehandeld door afspraken niet na te komen, kan hier verder onbesproken blijven.
3.16.
Vervolgens is de vraag of het handelen van [appellant] als ernstig verwijtbaar handelen kan worden gekwalificeerd. Het hof beantwoordt die vraag mede om dezelfde redenen bevestigend. [appellant] heeft met zijn handelen immers welbewust het vertrouwen dat easyJet in hem behoort te hebben ernstig beschadigd, tevens omdat hij daarbij ook nog heeft getracht dit handelen te verbloemen. Nu ernstige verwijtbaarheid bestaat aan de kant van [appellant] ter zake van de beëindiging van de arbeidsrelatie van partijen, is easyJet ingevolge artikel 7:673 lid 7 sub c BW aan [appellant] geen transitievergoeding verschuldigd.
3.17.
[appellant] heeft aanspraak gemaakt op een billijke vergoeding. Daartoe heeft hij aangevoerd dat de afspraken die easyJet met hem heeft willen maken over drugstesten in strijd waren met goed werkgeverschap en inbreuk maakten op zijn lichamelijke integriteit. EasyJet verweert zich onder meer door aan te voeren dat [appellant] met een en ander heeft ingestemd. Naar het oordeel van het hof kunnen deze omstandigheden, zelfs als [appellant] daarin gevolgd zou moeten worden, niet leiden tot de conclusie dat aan [appellant] een billijke vergoeding toekomt. Op grond van artikel 7:671b lid 8 sub c BW kan aan de werknemer een billijke vergoeding worden toegekend indien de ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever. In dit geval is de ontbinding van de arbeidsovereenkomst niet het gevolg van (al dan niet ernstig verwijtbaar) handelen van easyJet. De ontbinding is een gevolg van het handelen van [appellant] in strijd met de nevenwerkzaamhedenbedingen.
3.18.
De conclusie van het voorgaande is dat de arbeidsovereenkomst op goede gronden met onmiddellijke ingang is ontbonden en dat aan [appellant] geen transitievergoeding toekomt en evenmin een billijke vergoeding. De grieven die zijn gericht tegen de betreffende beslissingen van de kantonrechter falen.
(c) nevenvorderingen
3.19.
[appellant] heeft in hoger beroep verzocht om een vergoeding wegens onregelmatige beëindiging. Het hof begrijpt het verzoek zo dat [appellant] aanspraak maakt op de vergoeding als bedoeld in artikel 7:672 lid 10 BW. Op grond van dit artikel is de partij die opzegt tegen een eerdere dag dan tussen partijen geldt, aan de wederpartij een vergoeding verschuldigd gelijk aan het bedrag van het in geld vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging had behoren voort te duren. Gelet op het feit dat de opzegging van easyJet door de kantonrechter is vernietigd, doet de situatie zoals bedoeld in dit artikel zich niet (meer) voor, zodat het verzoek van [appellant] op dit onderdeel zal worden afgewezen.
3.20.
[appellant] heeft voorts verzocht om een vergoeding op grond van de zogenoemde ‘loss of license insurance’. [appellant] heeft dit verzoek verder niet onderbouwd. EasyJet heeft aangevoerd dat [appellant] niet voldoet aan de voorwaarden voor uitbetaling, zoals ziekte voor een periode van 180 dagen en een terugval in salaris. [appellant] heeft daarop niet meer gereageerd. Het verzoek van [appellant] zal dan ook als onvoldoende onderbouwd worden afgewezen.
3.21.
[appellant] heeft verder in appel verzocht om een verklaring voor recht dat easyJet zich niet van haar betalingsverplichtingen jegens hem gekweten heeft en om een veroordeling van easyJet tot het verstrekken van deugdelijke salarisspecificaties voor de periode van 1 april 2018 tot de einddatum van de arbeidsovereenkomst, op straffe van een dwangsom. EasyJet heeft gemotiveerd betwist dat zij in gebreke is met de salarisbetalingen. Ter onderbouwing van zijn vordering heeft [appellant] niet meer gesteld dan dat het uitgangspunt van de cao is dat een werknemer ‘kan vliegen’ en niet of de werknemer ‘heeft gevlogen’. EasyJet heeft onder verwijzing naar bijlage 2 van de cao daartegen ingebracht dat de cao bepaalt dat sectorbeloning plaatsvindt voor de als bemanningslid ‘gevlogen sectoren’. [appellant] is daarop niet meer ingegaan. Voorts heeft [appellant] een brief overgelegd waarin hij een lange berekening heeft gemaakt van hetgeen easyJet aan hem verschuldigd zou zijn. Die berekening is niet voorzien van uitleg over de grondslagen en de herkomst van de verschillende gevorderde emolumenten. In de door easyJet overgelegde reactie op de brief van [appellant] heeft easyJet gemotiveerd uiteengezet waarom zij van mening is dat zij aan haar verplichtingen heeft voldaan. [appellant] heeft in de onderhavige procedure niet gesteld dat en waarom de uitleg van easyJet onjuist zou zijn en hij heeft ook nagelaten de grondslagen van zijn vordering nader te expliciteren. De verzoeken van [appellant] zullen daarom worden afgewezen.
3.22.
[appellant] heeft ook verzocht om de beslissing van de kantonrechter tot matiging van de wettelijke verhoging tot 20% te vernietigen en de wettelijke verhoging alsnog op 50% te stellen. Gelet op de omstandigheden van het geval, waaronder het hiervoor weergegeven handelen van [appellant] , ziet het hof geen aanleiding af te wijken van de door de kantonrechter opgelegde wettelijke verhoging.
3.23.
In eerste aanleg heeft [appellant] ook verzocht easyJet te veroordelen tot rectificatie van de door haar aan de CAA verstrekte informatie. Het betreft de informatie op grond waarvan de CAA op 16 april 2018 besloot tot het opschorten van [appellant] class 1 medical certificate. In hoger beroep heeft [appellant] gegriefd tegen de afwijzing van zijn verzoek door de kantonrechter, maar hij heeft in zijn petitum niet gevraagd om een veroordeling van easyJet tot rectificatie. Hij heeft daarom geen belang bij zijn grief, zodat die faalt. Voor zover het hof had moeten begrijpen dat [appellant] zijn verzoek zoals hij dat in eerste aanleg heeft gedaan, in hoger beroep wenste te handhaven, is het hof van oordeel dat het dient te worden afgewezen. EasyJet heeft betwist informatie te hebben verschaft aan de CAA. Maar zelfs als ervan uitgegaan zou worden dat easyJet informatie aan de CAA heeft verschaft, geldt dat de verstrekte informatie niet onjuist was. [appellant] was immers kort daarvoor, op 4 april 2018, door de bedrijfsarts arbeidsongeschikt verklaard. Nu easyJet twijfelde of [appellant] zijn AME volledig en juist inlichtte over zijn medische situatie en de medische situatie van piloten vanzelfsprekend van essentieel belang is voor de veiligheid in de luchtvaart, kan het verstrekken van (correcte) informatie in dit geval niet aangemerkt worden als onrechtmatig, zodat geen aanleiding bestaat voor een rectificatie.
Slotsom
3.24.
De slotsom van het voorgaande is dat de grieven falen en de bestreden beschikking zal worden bekrachtigd. In aanvulling daarop zullen de verzoeken van [appellant] die zien op de ‘loss of license insurance’ en de verklaring voor recht ten aanzien van de betalingsverplichtingen worden afgewezen.
3.25.
Het hof overweegt ten slotte dat [appellant] een groot aantal grieven heeft opgeworpen die zien op (overwegingen betreffende) het ontslag op staande voet (in ieder geval de grieven 4, 5, 6 en 8). Die grieven zijn hierboven niet expliciet behandeld, maar nu [appellant] in hoger beroep (logischerwijs) niet opkomt tegen de vernietiging van het ontslag op staande voet, heeft hij geen belang bij genoemde grieven en falen zij.
3.26.
[appellant] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de kosten van het geding in hoger beroep. Er is geen aanleiding de beslissingen van de kantonrechter omtrent de proceskosten van de eerste aanleg te herzien.
4. Beslissing
Het hof:
- bekrachtigt de bestreden beslissing;
en in aanvulling daarop:
- wijst af het in hoger beroep meer of anders verzochte;
- veroordeelt [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep en begroot deze kosten, voor zover tot heden aan de zijde van easyJet gevallen op € 741,00 aan verschotten en € 2.148,00 aan salaris en op € 131,00 voor nasalaris, te vermeerderen met € 68,00 voor nasalaris en met de kosten van het betekeningsexploot, ingeval niet binnen veertien dagen is voldaan aan de bij deze beschikking uitgesproken veroordeling(en) en betekening van deze beschikking heeft plaatsgevonden, te vermeerderen met de wettelijke rente, indien niet binnen veertien dagen na deze beschikking dan wel het verschuldigd worden van de nakosten aan de kostenveroordeling is voldaan;
- verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mrs. D. Kingma, F.J. Verbeek en I.L. Gerrits en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 30 juli 2019.