NJB 2021/3102:Beslag aangaande verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer, art. 552b Sv: herhaling van HR 10 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1156, over de toekenning door de rechter ingevolge art. 33c lid 2 jo art. 36b lid 2 Sr van een geldelijke tegemoetkoming indien dat nodig is om te voorkomen dat degene aan wie de onttrokken voorwerpen toebehoren, door die onttrekking onevenredig zou worden getroffen. Deze regeling is in overeenstemming met het in art. 1 EP neergelegde recht op ‘ongestoord genot van eigendom’. In casu heeft het hof het verzoek tot geldelijke compensatie voor de onttrekking aan het verkeer van een op naam van de klaagster gestelde personenauto niet toereikend gemotiveerd afgewezen.

NJB 2021/3102

Beslag aangaande verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer, art. 552b Sv: herhaling van HR 10 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1156, over de toekenning door de rechter ingevolge art. 33c lid 2 jo art. 36b lid 2 Sr van een geldelijke tegemoetkoming indien dat nodig is om te voorkomen dat degene aan wie de onttrokken voorwerpen toebehoren, door die onttrekking onevenredig zou worden getroffen. Deze regeling is in overeenstemming met het in art. 1 EP neergelegde recht op ‘ongestoord genot van eigendom’. In casu heeft het hof het verzoek tot geldelijke compensatie voor de onttrekking aan het verkeer van een op naam van de klaagster gestelde personenauto niet toereikend gemotiveerd afgewezen.

Documentgegevens:

HR 16-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1687

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 16 november 2021
Magistraten: Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.E.M. Röttgering
Zaaknummer: 20/01614
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Strafrecht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2021:1687, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:856, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑11‑2020
Wetingang: (art. 33c, 36b Sr; art. 552b Sv)

Essentie

Beslag aangaande verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer, art. 552b Sv: herhaling van HR 10 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1156, over de toekenning door de rechter ingevolge art. 33c lid 2 jo art. 36b lid 2 Sr van een geldelijke tegemoetkoming indien dat nodig is om te voorkomen dat degene aan wie de onttrokken voorwerpen toebehoren, door die onttrekking onevenredig zou worden getroffen. Deze regeling is in overeenstemming met het in art. 1 EP neergelegde recht op ‘ongestoord genot van eigendom’. In casu heeft het hof het verzoek tot geldelijke compensatie voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.