NJ 2015/492
Geen gerechtvaardigd vertrouwen dat verdachte niet verder zou worden vervolgd na kennisgeving sepot.
HR 06-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2982, m.nt. T.M. Schalken
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 oktober 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
14/04520
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Noot
T.M. Schalken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS110669:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2982, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑10‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1775, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑06‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑12‑2014
- Wetingang
Essentie
Een bij een verdachte op grond van een mededeling van het OM opgewekt vertrouwen dat hij in een bepaalde zaak niet verder zal worden vervolgd, zal alleen dan kunnen leiden tot niet-ontvankelijkverklaring van het OM in de vervolging indien dat vertrouwen in de gegeven omstandigheden gerechtvaardigd is. Het hof heeft niet onbegrijpelijk geoordeeld dat de verdachte aan de inhoud van de door de OvJ op 25 september 2012 aan de verdachte verstuurde ‘kennisgeving sepot’ in dit geval niet het gerechtvaardigd vertrouwen heeft kunnen ontlenen dat zij ter zake van ‘bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht’ niet verder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.