RI 2007, 9
Faillietverklaring. Op welke wijze dient getoetst te worden in hoger beroep tegen faillietverklaring? (Qnow)
Hof 's-Hertogenbosch 11-07-2007, ECLI:NL:GHSHE:2007:BB1547
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
11 juli 2007
- Magistraten
Mrs. W.H.B. den Hartog Jager, E.L. Schaafsma-Beversluis, R.R. Everaars-Katerberg
- Zaaknummer
R200700494
- LJN
BB1547
- JCDI
JCDI:ADS871636:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Insolventierecht / Faillissement
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2007:BB1547, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 11‑07‑2007
- Wetingang
Fw art. 6 lid 3; Fw art. 8; Rv art. 611e
Essentie
Is faillietverklaring op basis van verbeurde dwangsommen mogelijk? Welke gevolgen heeft de devolutieve werking van het appel bij de toets in hoger beroep tegen faillietverklaring?
Samenvatting
Qnow wordt op verzoek van X — met vorderingen ad € 30 000 wegens achterstallige koopsomtermijnen en € 750 000 wegens verbeurde dwangsommen — in staat van faillissement verklaard. Qnow laat andere schuldeisers onbetaald. De rechtbank oordeelt dat op zijn minst de verbeurde dwangsommen vaststaan en dat X in ieder geval terzake daarvan een opeisbare vordering heeft. Qnow komt in hoger beroep tegen de faillietverklaring. Kort voor de mondelinge behandeling daarvan dient X een aanvullend verweerschrift ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.