NJ 1974, 297
Hof 's-Hertogenbosch, 26-02-1974
Hof 's-Hertogenbosch 26-02-1974, ECLI:NL:GHSHE:1974:AB6005
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
26 februari 1974
- Magistraten
Rutten, Schlingemann, Poerink
- Zaaknummer
[1974-02-26/NJ_54711]
- LJN
AB6005
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:1974:AB6005, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 26‑02‑1974
- Wetingang
Rv (oud) art. 620
Essentie
Bindend advies. Beginsel van hoor en wederhoor.
Samenvatting
De bindend-adviseur moet hoor en wederhoor toepassen.
Indien het bindend advies niet zodanig is gemotiveerd en gespecificeerd dat partijen kunnen beoordelen of het al dan niet in sterke mate onredelijk of onbillijk is, kunnen partijen niet te goeder trouw aan het bindend advies gehouden worden.
Partij(en)
Interpolis NCB, NV te Tilburg, appellante, proc. Mr. W.L.M. Knitel,
tegen
1. G. van de Rakt, te Uden,
2. Biosy BV, te Uden,
Uitspraak
Ten aanzien van het recht:
1
O. dat de eerste grief is gericht tegen het eerste interlocutoire vonnis en de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.