NJ 1972, 126
Hof 's-Hertogenbosch, 14-12-1971
Hof 's-Hertogenbosch 14-12-1971, ECLI:NL:GHSHE:1971:AC3885
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
14 december 1971
- Magistraten
Rutten, Schlingemann, Poerink
- Zaaknummer
[1971-12-14/NJ_53498]
- LJN
AC3885
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:1971:AC3885, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 14‑12‑1971
- Wetingang
BW art. 501; Rv (oud) art. 343; Rv (oud) art. 344; Rv (oud) art. 345; Rv (oud) art. 346; Rv (oud) art. 347; Rv (oud) art. 348; Rv (oud) art. 349; Rv (oud) art. 350; Rv (oud) art. 351; Rv (oud) art. 352; Rv (oud) art. 353; Rv (oud) art. 354; Rv (oud) art. 355; Rv (oud) art. 356; Rv (oud) art. 357; Rv (oud) art. 358
Essentie
Curatele.
Samenvatting
De Rechtbank is wel bevoegd kennis te nemen van een vordering tot vernietiging van een door de curandus voor het verlenen van de curatele gesloten pachtovereenkomst. Vernietigd vonnis Rechtbank Breda, 24 november 1970, NJ 1971, no. 201.
Rechtspleging in hoger beroep. Bij vernietiging van onbevoegdverklaring zonder verwijzing in het vonnis a quo: terugwijzen naar rechter van eerste aanleg.
Het Hof, vernietigend het vonnis van de Rechtbank, waarbij deze zich onbevoegd verklaarde zonder de zaak te verwijzen, dient de zaak ter verdere behandeling en afdoening terug te wijzen naar de Rechtbank, teneinde partijen niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.