AB 1978, 208:ABRvS, 01-12-1977, nr. A-31154(1977)/SP27-I, nr. A-31155(1977)/SP28-II, nr. A-31833(1977)/SP51-III: Groningse waterleidingbuizen

AB 1978, 208

ABRvS, 01-12-1977, nr. A-31154(1977)/SP27-I, nr. A-31155(1977)/SP28-II, nr. A-31833(1977)/SP51-III: Groningse waterleidingbuizen

Documentgegevens:

ABRvS 01-12-1977, ECLI:NL:RVS:1977:AM3929, m.nt. M. Scheltema (Groningse waterleidingbuizen)

Instantie: Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Datum: 1 december 1977
Magistraten: Van Der Hoeven, Van Den Bergh, Drion
Zaaknummer: A-31154(1977)/SP27-I
A-31155(1977)/SP28-II
A-31833(1977)/SP51-III
Noot: M. Scheltema
LJN: AM3929
Roepnaam: Groningse waterleidingbuizen
JCDI: JCDI:ADS862013:1
Vakgebied(en): Bestuursprocesrecht (V)
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
Goederenrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:RVS:1977:AM3929, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 01‑12‑1977
Wetingang: RVS art. 81; Wet Arob art. 2; Wet Arob art. 3; Wet Arob art. 8; Gem.w art. 209 aanhef onder g; Wegenwet art. 15

Samenvatting

Van voldoende spoedeisendheid gebleken om een versnelde behandeling van de zaken te rechtvaardigen. De weigeringen van verweerders hebben betrekking op verzoeken van appellante tot het leggen van leidingen, casu quo van huisaansluitingen, in aan de gemeente Groningen in eigendom toebehorende grond. Afbakening tot rechtshandeling naar burgerlijk recht. De Afdeling overweegt onder meer: De aangevochten besluiten maken in overwegende mate deel uit van het door verweerders gevoerde beleid in het kader van de op hen als overheidsorgaan rustende taak. De conclusie wordt getrokken, dat de aangevochten besluiten mede inhouden rechtshandelingen gericht op andere dan burgerrechtelijke rechtsgevolgen en om die reden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.