Einde inhoudsopgave
Besluit Onderzoeksraad voor veiligheid
Artikel 24
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2010
- Redactionele toelichting
Dit besluit is in werking getreden t.a.v. de bepalingen over onderzoek naar ongevallen en incidenten met een zeeschip, niet zijnde een oorlogsschip, marinehulpschip of ander schip dat in gebruik is voor de uitvoering van de militaire taak.
- Bronpublicatie:
10-12-2004, Stb. 2004, 680 (uitgifte: 23-12-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2009, Stb. 2009, 563 (uitgifte: 23-12-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Bestuur
Openbare orde en veiligheid / Algemeen
1.
Ter bevordering van de coördinatie en het overleg maken de raad en het openbaar ministerie in Nederland, binnen een half jaar na inwerkingtreding van de rijkswet, afspraken over de samenwerking en informatie-uitwisseling in de gevallen waarin zowel de raad een onderzoek instelt naar een voorval als ook ten aanzien van hetzelfde voorval een opsporingsonderzoek wordt ingesteld met het oog op het opleggen van een strafrechtelijke sanctie. De afspraken behoeven de goedkeuring van Onze Minister en Onze Minister van Justitie.
2.
De afspraken over samenwerking en informatie-uitwisseling worden neergelegd in een samenwerkingsprotocol en omvatten in ieder geval:
- a.
de wijze waarop informatie wordt uitgewisseld over gelijktijdig lopende onderzoeken;
- b.
hoe wordt omgegaan met voorwerpen en documenten die van belang zijn voor de onderzoeken, het horen van personen en noodzakelijk geachte secties op lijken;
- c.
het wederzijds ter beschikking stellen van zaken die voor de onderzoeken van belang zijn en de teruggave van die zaken;
- d.
de gevallen waarin en de wijze waarop ten aanzien van onderzoeken aan voorwerpen wordt samengewerkt;
- e.
de standaardprocedure die gehanteerd wordt wanneer zich een voorval daadwerkelijk voordoet en de wijze waarop geschillen worden geregeld.
3.
Indien in een concreet geval zowel de raad een onderzoek instelt naar een voorval als een onderzoek wordt ingesteld met het oog op het opleggen van een strafrechtelijke sanctie, plegen de raad en het openbaar ministerie in Nederland, met inachtneming van het samenwerkingsprotocol, overleg over de inrichting van beide onderzoeken. In het overleg worden in ieder geval afspraken gemaakt over de inhoud van de te verrichten onderzoekshandelingen, de planning van deze onderzoekshandelingen in de tijd, de inbeslagneming van zaken en de instelling van een periodiek afstemmingsoverleg gedurende beide onderzoeken. De raad en het openbaar ministerie in Nederland kunnen zich bij het overleg laten vertegenwoordigen door personen onderscheidenlijk opsporingsdiensten die de feitelijke leiding hebben bij de onderzoeken.