NJ 1925, p. 929
Wettigheid van den aanslag. Schoolgeld. Betwisting van de wettigheid der verordening. Belasting ?
HR 12-06-1925, ECLI:NL:HR:1925:350
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 juni 1925
- Magistraten
Mrs. Bosch, Segers, Jhr. Feith, Kosters en Ort.
- Zaaknummer
[12061925/NJ_1925,_p._929]
- Conclusie
Mr. Noyon
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS121628:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1925:350, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑06‑1925
- Wetingang
(Gemeentewet (oud) art. 238; Invorderingswet 1845 art. 15.)
Essentie
Wettigheid van den aanslag. Schoolgeld. Betwisting van de wettigheid der verordening. Belasting ?
Samenvatting
Een bezwaar, gegrond op het niet bindend zijn van de gemeentelijke verordening, welke bij het opleggen van den aanslag is toegepast, richt zich tegen den aanslag en meer in het bijzonder tegen de wettigheid van den aanslag. Terecht heeft de rechter zich ten deze onbevoegd verklaard. Dat het geopperde bezwaar mede omvat de vraag omtrent de geldigheid van het op den aanslag berustende dwangbevel, doet hieraan niet af.
Anders Ooncl. Proc.-Gen.
N.B. Deze beslissing is gelijk aan die, gegeven bij arrest H. R. 27 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.