NJB 2023/2561
Uitspraak in het openbaar, art. 362 lid 1 Sv: in casu blijkt uit de stukken niet dat de beslissing van het hof overeenkomstig deze bepaling in het openbaar is uitgesproken. Daarom moet het ervoor worden gehouden dat dit niet is gebeurd. Het cassatiemiddel klaagt daarover terecht. De Hoge Raad doet wat het hof had moeten doen en spreekt zelf de beslissing van het hof op de openbare terechtzitting uit.
HR 17-10-2023, ECLI:NL:HR:2023:1422
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.E.M. Röttgering, M. Kuijer
- Zaaknummer
21/02801
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1422, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑10‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:712, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2023
- Wetingang
(art. 362 Sv)
Essentie
Uitspraak in het openbaar, art. 362 lid 1 Sv: in casu blijkt uit de stukken niet dat de beslissing van het hof overeenkomstig deze bepaling in het openbaar is uitgesproken. Daarom moet het ervoor worden gehouden dat dit niet is gebeurd. Het cassatiemiddel klaagt daarover terecht. De Hoge Raad doet wat het hof had moeten doen en spreekt zelf de beslissing van het hof op de openbare terechtzitting uit.
Uitspraak
Inleiding
Het cassatiemiddel klaagt dat de bestreden beslissing niet in het openbaar is uitgesproken.
Hoge Raad, o.a.
2.2
Uit de stukken blijkt niet dat de beslissing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.