RvdW 2016/1050
Uitlevering. Antilliaanse zaken, Sint Maarten. Verhoor opgeëiste persoon d.m.v. beeld- en geluidsverbinding is geoorloofd. Hoewel het Uitleveringsbesluit van Aruba, Curaçao en Sint Maarten (anders dan art. 28 lid 3 UW) niet een bepaling kent inhoudende dat de rechter in zijn uitspraak de feiten waarvoor de uitlevering kan worden toegestaan dient te vermelden, moet worden aangenomen dat het hof daartoe gehouden is. De Hoge Raad herstelt dit verzuim.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 oktober 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, E.S.G.N.A.I. van de Griend, E.F. Faase
- Zaaknummer
15/04946
15/04947
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2248, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑10‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:952, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:950, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑09‑2016
Essentie
Uitlevering. Antilliaanse zaken, Sint Maarten. Verhoor opgeëiste persoon d.m.v. beeld- en geluidsverbinding is geoorloofd. Hoewel het Uitleveringsbesluit van Aruba, Curaçao en Sint Maarten (anders dan art. 28 lid 3 UW) niet een bepaling kent inhoudende dat de rechter in zijn uitspraak de feiten waarvoor de uitlevering kan worden toegestaan dient te vermelden, moet worden aangenomen dat het hof daartoe gehouden is. De Hoge Raad herstelt dit verzuim.
Partij(en)
Arrest op de beroepen in cassatie tegen twee einduitspraken van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, ...