NJ 2000, 111
Gedwongen medicatie TBS passant in huis van bewaring.
Hof 's-Gravenhage 21-01-1999, ECLI:NL:GHSGR:1999:AD3356
- Instantie
Hof 's-Gravenhage
- Datum
21 januari 1999
- Magistraten
in 't Velt-Meijer, De Brauw, Dupain
- Zaaknummer
97/1016KG
- LJN
AD3356
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Penitentiair recht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSGR:1999:AD3356, Uitspraak, Hof 's-Gravenhage, 21‑01‑1999
- Wetingang
BW art. 6:162; GM art. 28 (oud); Penitentiaire Beginselenwet art. 32; Penitentiaire maatregel art. 23
Essentie
Gedwongen medicatie t.b.s.-passant in huis van bewaring (FOBA). Directeur bevoegd onder art. 28 Gevangenismaatregel (oud) naar zelfde criteria als thans gelden ingevolge art. 32 Penitentiaire beginselenwet. Bij behandeling langer dan twee weken advies commissie vereist overeenkomstig art. 23 Penitentiaire maatregel.
Partij(en)
A., verblijvende in de Van Mesdagkliniek te Groningen, appellant, proc. mr. A.P. Visser,
tegen
De Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie), te 's‑Gravenhage, geïntimeerde, proc. mr. C.M. Bitter.
Uitspraak
Beoordeling van het hoger beroep
1
Bij de beoordeling van het hoger beroep gaat het hof uit van de volgende feiten. Die feiten zijn aannemelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.