RvdW 2010, 643
Verweer dat OM in strijd met de richtlijnen heeft vervolgd, is ontoereikend gemotiveerd verworpen.
HR 18-05-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK6942
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 mei 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink, H.A.G. Splinter-van Kan, C.H.W.M. Sterk
- Zaaknummer
07/12613
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BK6942
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK6942, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑05‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK6942, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑12‑2009
- Wetingang
Essentie
Het Hof heeft terecht tot uitgangspunt genomen dat bijzondere omstandigheden van het geval het mogelijk maken bij vervolging af te wijken van de richtlijnen. De door de A-G gegeven motivering van het OM om in casu af te wijken van de richtlijnen en tot vervolging over te gaan, heeft het Hof toereikend geacht. Dat oordeel is niet zonder meer begrijpelijk nu op dit punt een gespecificeerd verweer is gevoerd terwijl de A-G de door hem genoemde ‘bijzondere omstandigheden van de onderhavige zaak’ niet heeft geconcretiseerd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.