Wet verklaringen van overlijden BES
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 04-10-2011
- Redactionele toelichting
Goedgekeurd bij de wet van 05-07-2012, Stb. 358. De datum van afkondiging is de datum van de Staatscourant.
- Bronpublicatie:
03-10-2011, Stcrt. 2011, 17488 (uitgifte: 03-10-2011, regelingnummer: DWJZ/G&E-3079408)
- Inwerkingtreding
04-10-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-10-2011, Stcrt. 2011, 17488 (uitgifte: 03-10-2011, regelingnummer: DWJZ/G&E-3079408)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
1.
De geneeskundige, die de verklaring van overlijden of levenloze geboorte als bedoeld in het eerste lid van artikel 1 afgeeft, doet ten behoeve van de statistiek afzonderlijk opgave van de doodsoorzaak.
2.
De verklaring, behelzende de opgave van de doodsoorzaak, wordt tegelijk met de in artikel 1 bedoelde verklaring in een gesloten omslag aan de ambtenaar van de burgerlijke stand overgelegd. Deze zendt haar ongeopend aan de Inspecteur van de Volksgezondheid, op zodanige wijze dat niet kan blijken op wie de opgave betrekking heeft. Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan bepalen dat deze enveloppen rechtstreeks zullen worden toegezonden aan de medisch ambtenaar van het Centraal bureau voor de statistiek.
3.
De modellen van de verklaringen als bedoeld in het eerste lid van artikel 1 en in het tweede lid van artikel 2 en van de bijbehorende omslag worden bij algemene maatregel van bestuur vastgesteld. De verklaringen zijn vrij van het recht van zegel en van registratie. De invulling geschiedt na voorafgaande kennisneming van geboorte-bewijzen of andere officiële stukken, welke omtrent naam, voornamen en leeftijd van de overledene, respectievelijk van de ouders van het doodgeboren kind inlichtingen bevatten.
4.
De vorm en de inrichting van de modellen van de mededeling en het verslag, bedoeld in artikel 1, derde lid, en van het formulier, bedoeld in artikel 5, worden vastgesteld door de Minister van Veiligheid en Justitie en de Minister van Volksgezondheid.