Einde inhoudsopgave
Wet op de strandvonderij
Artikel 14
Geldend
Geldend vanaf 01-04-1960
- Bronpublicatie:
03-07-1957, Stb. 1957, 250 (uitgifte: 01-01-1957, kamerstukken: 4448 )
- Inwerkingtreding
01-04-1960
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-03-1960, Stb. 1960, 110 (uitgifte: 01-01-1960, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
De strandvonder is bevoegd zodanige onder zijn beheer zich bevindende zaken, welke aan spoedig bederf onderhevig zijn, of welker bewaring ontwijfelbaar strijdig is met het belang van de rechthebbende onverwijld te verkopen. Hij doet zich daarbij zo nodig voorlichten door de directeur van de Keuringsdienst van waren, binnen welks gebied de gemeente waar hij strandvonder is, gelegen is.