RSV 2016/156
Intrekking en terugvordering van bijstand en oplegging boete — zwaardere bewijslast bij boete: aantonen en niet slechts aannemelijk maken — gebruik van bewijsvermoedens toegestaan mits die redelijkerwijs uit bewijsmiddelen voortvloeien — college niet bevoegd boete op te leggen
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
28 juni 2016
- Magistraten
Mrs. O.L.H.W.I. Korte, E.C.R. Schut, J.H.M. van de Ven
- Zaaknummer
14/5616 WWB
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid bijstand / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2016:3024, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 28‑06‑2016
- Wetingang
Art. 17, 18a, 54, 58 WWB; art. 6 EVRM
Essentie
Intrekking en terugvordering van bijstand en oplegging boete — zwaardere bewijslast bij boete: aantonen en niet slechts aannemelijk maken — gebruik van bewijsvermoedens toegestaan mits die redelijkerwijs uit bewijsmiddelen voortvloeien — college niet bevoegd boete op te leggen
Samenvatting
Betrokkene heeft aangevoerd dat hij geen werkzaamheden heeft verricht in de pizzeria, maar daar slechts om sociale redenen aanwezig was. Volgens vaste rechtspraak veronderstelt de aanwezigheid op een werkplek tijdens reguliere arbeidsuren dat de desbetreffende persoon bij geconstateerde aanwezigheid ook daadwerkelijk op geld waardeerbare arbeid heeft verricht. Het is dan aan betrokkene om het tegendeel aannemelijk te maken. Hij ...