RAR 2019/13
Billijke vergoeding. Kunnen gedragingen van de werkgever na de aanzegging dat de arbeidsovereenkomst niet zal worden voortgezet leiden tot toekenning van een billijke vergoeding?
HR 19-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:1979
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/04904
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS930236:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1979, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:758, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑06‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑12‑2017
- Wetingang
Essentie
Billijke vergoeding. Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Ernstig verwijtbaar handelen werkgever.
Kunnen gedragingen van de werkgever na de aanzegging dat de arbeidsovereenkomst niet zal worden voortgezet leiden tot toekenning van een billijke vergoeding?
Samenvatting
Werknemer is op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 1 juni 2015 tot en met 31 mei 2016 in dienst geweest van Colliers. Bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst heeft werkgever aan werknemer schriftelijk medegedeeld dat over circa twee jaar gesprekken zullen worden opgestart over de vraag of en zo ja onder welke voorwaarden hij in de gelegenheid wordt gesteld om aandelen te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.