NJ 2009, 395
Rechtsgevolgen van oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. Bevoegdheid en verplichting van nationale rechter om ambtshalve te toetsen of forumkeuzebeding oneerlijk is.
HvJ EG 04-06-2009, ECLI:EU:C:2009:350, m.nt. M.R. Mok (Pannon)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
4 juni 2009
- Magistraten
K. Lenaerts, T. von Danwitz, R. Silva de Lapuerta, E. Juhász, J. Malenovský
- Zaaknummer
C-243/08
- Conclusie
A-G V. Trstenjak
- Noot
M.R. Mok
- LJN
BI7786
- Roepnaam
Pannon
- JCDI
JCDI:ADS49867:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
EU-recht (V)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2009:350, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 04‑06‑2009
- Wetingang
Richtlijn 93/12/EEG
Essentie
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Budaörsi Városi Bíróság (Hongarije) bij beslissing van 22 mei 2008.
Rechtsgevolgen van oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. Bevoegdheid en verplichting van nationale rechter om ambtshalve te toetsen of forumkeuzebeding oneerlijk is.
Samenvatting
Artikel 6, lid 1, van richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten, moet aldus worden uitgelegd dat een oneerlijk contractueel beding de consument niet bindt en dat het daarvoor niet nodig is dat de consument een dergelijk beding tevoren met succes heeft betwist.
De nationale rechter is gehouden, ambtshalve ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.