NJB 2014/2276
Prejudiciële vraag. Doorbrekingsjurisprudentie. Herroeping. HR: Indien ondanks een wettelijk appelverbod hoger beroep is ingesteld met een beroep op een doorbrekingsgrond en het beroep op de doorbrekingsgrond is verworpen, dient de vordering tot herroeping te worden gebracht voor de rechter in eerste aanleg
HR 05-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3536
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 december 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion. G. de Groot
- Zaaknummer
14/03149
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Burgerlijk procesrecht / Overige rechtsmiddelen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3536, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1856, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑10‑2014
- Wetingang
(Rv art. 382, 384, 392; BW 7:685 lid 11)
Essentie
Prejudiciële vraag. Doorbrekingsjurisprudentie. Herroeping. HR: Indien ondanks een wettelijk appelverbod hoger beroep is ingesteld met een beroep op een doorbrekingsgrond en het beroep op de doorbrekingsgrond is verworpen, dient de vordering tot herroeping te worden gebracht voor de rechter in eerste aanleg
Partij(en)
A (de werknemer), niet verschenen, vs. TSB (de werkgever), adv. mr. M. Ynzonides.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst tussen A en TSB ontbonden zonder een ontslagvergoeding aan A toe te kennen. A heeft hoger beroep ingesteld. Het hof heeft dit verworpen op de grond dat A onvoldoende heeft onderbouwd dat het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.