Einde inhoudsopgave
Wet ter Bescherming Koopvaardij
Artikel 14
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2022
- Bronpublicatie:
01-12-2021, Stb. 2022, 2 (uitgifte: 04-01-2022, kamerstukken: 35811)
15-05-2019, Stb. 2019, 186 (uitgifte: 07-06-2019, kamerstukken: 34558)
- Inwerkingtreding
01-02-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2021, Stb. 2022, 3 (uitgifte: 04-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
22-12-2021, Stb. 2022, 3 (uitgifte: 04-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet (15-05-2019, Stb. 186).
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Zeevervoer
Onze Minister kan de vergunning intrekken of schorsen indien:
- a.
een van de ISO-certificaten, bedoeld in artikel 13, eerste lid, geschorst, ingetrokken of niet meer geldig is;
- b.
de vergunninghouder de aan de vergunning verbonden voorschriften niet in acht neemt;
- c.
de vergunninghouder de verplichtingen die voortvloeien uit de bij of krachtens deze wet gestelde regels niet naleeft;
- d.
de voor de verkrijging van de vergunning verstrekte gegevens zodanig onjuist of onvolledig blijken, dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen indien bij de beoordeling daarvan de juiste gegevens bekend waren geweest;
- e.
zich omstandigheden voordoen of feiten bekend worden op grond waarvan de vergunning zou zijn geweigerd, indien zij zich hadden voorgedaan of bekend waren geweest op het tijdstip waarop de vergunning werd verleend;
- f.
de vergunninghouder handelt in strijd met hetgeen van een goed maritiem beveiligingsbedrijf in het maatschappelijk verkeer mag worden verwacht.