NJ 2011/211
Enquêterecht. Cassatie; ontvankelijkheid cassatieberoep tegen brief secretaris ondernemingskamer. Bevoegdheid ondernemingskamer te beslissen dat bevolen onderzoek geen doorgang zal vinden; maatstaf.
HR 26-06-2009, ECLI:NL:HR:2009:BH6537, m.nt. W.J.M. van Veen (Qwest/Vereniging van Effectebezitters)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 juni 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, A. Hammerstein, J.C. van Oven
- Zaaknummer
08/03660
- Conclusie
A-G Timmerman
- Noot
W.J.M. van Veen
- LJN
BH6537
- Roepnaam
Qwest/Vereniging van Effectebezitters
- JCDI
JCDI:ADS161043:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Burgerlijk procesrecht (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BH6537, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑06‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BH6537, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑10‑2008
- Wetingang
BW art. 2:350
Essentie
Enquêterecht. Cassatie; ontvankelijkheid cassatieberoep tegen brief secretaris ondernemingskamer. Bevoegdheid ondernemingskamer te beslissen dat bevolen onderzoek geen doorgang zal vinden; maatstaf.
Verzoekers tot cassatie dienen in hun cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard te worden voorzover dit is gericht tegen de brieven van de secretaris van de ondernemingskamer, nu deze brieven geen beslissingen bevatten die ingrijpen in de rechten van partijen, doch alleen ter bevordering van het ordelijk verloop van de procedure dienen.
De ondernemingskamer is bevoegd om, indien moet worden aangenomen dat een door haar bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van een rechtspersoon bij gebreke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.