JOW 2020/6
Diverse aspecten, verbeurdverklaring
HR 07-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:9
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 januari 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, M.J. Borgers, A.E.M.Röttgering
- Zaaknummer
18/04306
- JCDI
JCDI:ADS228451:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:9, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1389, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑03‑2019
- Wetingang
Art. 33a lid 1 Sr
Essentie
Motivering verbeurdverklaring
Samenvatting
Het hof heeft bewezenverklaard dat de verdachte ongeveer 85 gram heroïne en 4,5 gram cocaïne aanwezig heeft gehad. Het hof heeft ook een onder de verdachte inbeslaggenomen geldbedrag verbeurd verklaard. Het hof heeft ten aanzien van die verbeurdverklaring geoordeeld dat er aanwijzingen zijn dat ‘het geld is verdiend met drugshandel, gelet op het feit dat verdachte een grote hoeveelheid harddrugs bij zich had en een getuige verklaart dat zij al vaker drugs heeft gekocht bij verdachte’. Het hof heeft in het midden gelaten op welke in art. 33a lid 1 Sr genoemde grond of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.