EB 2014/74
In geval van samenloop van een wettelijke en morele verplichting om levensonderhoud te verstrekken dient niet langer aansluiting te worden gezocht bij bestaande jurisprudentie hieromtrent, maar bij het sinds 1 maart 2009 geldende art. 1:400 BW (de voorrangsregeling).
HR 02-05-2014, ECLI:NL:HR:2014:1066
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
2 mei 2014
- Zaaknummer
13/01859
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1066, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 02‑05‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:73, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑04‑2013
- Wetingang
(art. 1:392 lid 1 aanhef en onder a BW en art. 1:400 lid 1 BW)
Essentie
In geval van samenloop van een wettelijke en morele verplichting om levensonderhoud te verstrekken dient niet langer aansluiting te worden gezocht bij bestaande jurisprudentie hieromtrent, maar bij het sinds 1 maart 2009 geldende art. 1:400 BW (de voorrangsregeling).
Uitspraak
De moeder heeft verzocht de door de vader te betalen kinderalimentatie op een hoger bedrag vast te stellen. De vader heeft daartegen ingebracht dat zijn draagkracht de verzochte bijdrage niet toelaat, aangezien hij inmiddels in gezinsverband samenleeft met zijn nieuwe partner en haar twee kinderen. Hij voorziet mede in de kosten van het levensonderhoud van deze kinderen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.