NJ 1953/493
Winkelsluiting met betrekking tot warenhuizen.
HR 31-03-1953, ECLI:NL:HR:1953:135
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 maart 1953
- Magistraten
Mrs Fick, Feber, Vrij, Westerouen van Meeteren, Haga
- Zaaknummer
[31031953/NJ_1953-493]
- Conclusie
Mr. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS167072:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1953:135, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑03‑1953
- Wetingang
(Winkelsluitingswet 1951 (oud) art. 5, 6; Winkelsluitingsverordening Zwolle 1949.)
Essentie
Winkelsluiting met betrekking tot warenhuizen.
Samenvatting
Warenhuizen moeten op de gronden daartoe door de Rechtb. en het Hof aangevoerd (zie arrest, Red.) als een afzonderlijke groep van winkels worden beschouwd.
Deze zienswijze blijkt ook te stroken met de bedoelingen, waaraan door de Wetgevende Macht uitdrukking is gegeven bij de hernieuwde behandeling van de verplichte winkelsluiting.
Immers bij de parlementaire behandeling van het ontwerp, hetwelk heeft geleid tot de Winkelsluitingswet 1951, werd art. 4a van dat ontwerp (thans art. 5 der Wet), hetwelk den Gemeenteraad bevoegd verklaarde tot het treffen ener sluitingsregeling met betrekking tot „winkels waarin een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.