Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 2:61 [Uitzondering o.g.v. andere vergunning]
Geldend
Geldend vanaf 12-06-2015
- Bronpublicatie:
04-05-2015, Stb. 2015, 184 (uitgifte: 29-05-2015, kamerstukken: 34049)
- Inwerkingtreding
12-06-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-05-2015, Stb. 2015, 205 (uitgifte: 11-06-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Artikel 2:60, eerste lid, is niet van toepassing op financiële ondernemingen die:
- a.
voor het uitoefenen van het bedrijf van verzekeraar een door de Nederlandsche Bank op grond van dit deel verleende vergunning hebben, voorzover het aan hen ingevolge die vergunning is toegestaan krediet aan te bieden;
- b.
een door de Nederlandsche Bank op grond van het Deel Prudentieel toezicht financiële ondernemingen verleende verklaring van ondertoezichtstelling hebben, voorzover het aan hen ingevolge die verklaring is toegestaan krediet aan te bieden; of
- c.
voor het uitoefenen van het bedrijf van bank een door de Europese Centrale Bank of de Nederlandsche Bank verleende vergunning hebben.
2.
Artikel 2:60, eerste lid, is niet van toepassing op gemeentelijke kredietbanken ten aanzien waarvan is voldaan aan artikel 4:37, eerste lid.