NJB 2017/1943
Beoordeling van de evenredigheid van de hoogte van opgelegde boetes. Financiële draagkracht. Hoewel geen sprake is van een beleidsregel als bedoeld in art. 1:3 lid 4 Awb, ziet het College aanleiding het door AFM gehanteerde (interne) boetebeleid bij de beoordeling van de hoger beroepen te betrekken. De inhoud van dat boetebeleid acht het College, voor zover in deze zaken aan de orde, in het algemeen niet onredelijk. Vervolgens stelt het College vast dat AFM onjuist uitvoering heeft gegeven aan haar boetebeleid
CBb 13-09-2017, ECLI:NL:CBB:2017:309
- Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Datum
13 september 2017
- Magistraten
Mrs. Aerts, Van Lierop, Smorenburg
- Zaaknummer
16/523 en 16/524
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CBB:2017:309, Uitspraak, College van Beroep voor het bedrijfsleven, 13‑09‑2017
ECLI:NL:CBB:2017:223, Uitspraak, College van Beroep voor het bedrijfsleven, 15‑06‑2017
- Wetingang
(art. 2:60 Wft)
Essentie
Beoordeling van de evenredigheid van de hoogte van opgelegde boetes. Financiële draagkracht. Hoewel geen sprake is van een beleidsregel als bedoeld in art. 1:3 lid 4 Awb, ziet het College aanleiding het door AFM gehanteerde (interne) boetebeleid bij de beoordeling van de hoger beroepen te betrekken. De inhoud van dat boetebeleid acht het College, voor zover in deze zaken aan de orde, in het algemeen niet onredelijk. Vervolgens stelt het College vast dat AFM onjuist uitvoering heeft gegeven aan haar boetebeleid
Uitspraak
AFM heeft aan een rechtspersoon en een natuurlijke persoon (als feitelijke leidinggever) boetes opgelegd van € 300 000 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.