Rb. Midden-Nederland, 26-08-2020, nr. C/16/507289 / FA RK 20-4658
ECLI:NL:RBMNE:2020:4580
- Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
- Datum
26-08-2020
- Zaaknummer
C/16/507289 / FA RK 20-4658
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBMNE:2020:4580, Uitspraak, Rechtbank Midden-Nederland, 26‑08‑2020; (Eerste aanleg - enkelvoudig, Beschikking)
Uitspraak 26‑08‑2020
Inhoudsindicatie
Ambulante ZM 12 maanden. Verzoek om in de beschikking expliciet te bepalen dat opname dan in een kliniek plaatsvindt met een verhoogd beveiligingsniveau.
Partij(en)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Familierecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/507289 / FA RK 20-4658
Betrokkene nummer: [betrokkene nummer]
Machtiging tot verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 26 augustus 2020, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] , Marokko,
wonende te [adres] te [woonplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. W.P.A. Vos.
1. Procesverloop
1.1.
Bij beschikking van 10 augustus 2020 van de Rechtbank Amsterdam is de behandeling van het verzoek verwezen naar de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht.
1.2.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 10 augustus 2020, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging. Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de medische verklaring van 16 juli 2020;
- de zorgkaart;
- het zorgplan;
- de bevindingen van de geneesheer directeur;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet BOPZ en de Wvgzz;
- de politie- en justitiegegevens.
1.3.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 26 augustus 2020, in het gebouw van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht. Daarbij heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- -
de advocaat van betrokkene;
- -
de heer [A] , psychiater.
1.4.
De psychiater heeft verklaard dat betrokkene sinds vier weken niet meer is opgenomen en dat het momenteel goed met hem gaat. Hij houdt zich goed aan de afspraken en dacht dat hij vanochtend een afspraak bij de psychiater had. Betrokkene heeft gezegd niet bij de zitting aanwezig te zullen zijn. De advocaat heeft aanvullend verklaard dat de mondelinge behandeling voor betrokkene te belastend is. De rechtbank constateert op grond daarvan dat betrokkene afstand doet van het recht te worden gehoord.
1.5.
De officier van justitie heeft van tevoren laten weten dat hij niet voornemens is bij de
mondelinge behandeling te verschijnen.
1.6.
De rechtbank heeft na de mondelinge behandeling direct uitspraak gedaan en aan de advocaat van betrokkene en aan de vertegenwoordiger van de zorgaanbieder een kennisgeving mondelinge uitspraak verstrekt.
2. De standpunten en de beoordeling
2.1.
In het verzoekschrift is, op grond van het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, verzocht om aan betrokkene de volgende vormen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:2 Wvggz te mogen verlenen. Het gaat om:
a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
toelichting: “Betrokkene heeft eerder antipsychotica gebruikt, waarbij hij stabiel was en beter kon functioneren (geen agressie). Echter achteraf is gebleken dat betrokkene al sinds september 2019 is gestopt om zijn orale antipsychotica in te nemen (broer vond volle strips vanaf die datum in zijn woning). Dus naast een zorgkader, is een maatregel voor depotmedicatie ook nodig om medicatietrouw te bewerkstelligen”;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
toelichting: “Indien nodig bij klinische behandeling”;
c. insluiten;
toelichting: “Betrokkene was gesepareerd tijdens een vorige opname omdat er sprake was voortdurende agressie, intimidatie en dreiging met geweld richting hulpverleners. Indien noodzakelijk tijdens een klinische opname kan insluiten een effectief onderdeel zijn van de behandeling”;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
toelichting geneesheer-directeur: “Als insluiting wordt toegekend, zal ook toezicht moeten worden toegekend om via camera en/ of domotica toezicht te kunnen houden tijdens insluiting in het kader van veiligheid voor betrokkene”;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
toelichting: “Betrokkene is bekend met middelengebruik (cannabis, cocaïne en alcohol). Als betrokkene weer vrijheden ten tijde van de klinische opname krijgt of thuis verblijft kan controle hierop geïndiceerd zijn”;
f. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
toelichting: “Betrokkene is bekend met middelengebruik (cannabis, cocaïne en alcohol). Als betrokkene weer vrijheden ten tijde van de klinische opname krijgt of thuis verblijft kan controle hierop geïndiceerd zijn. Daarnaast kan controle op het medicatie gebruik plaats vinden”;
g. controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
toelichting: “Betrokkene is bekend met middelengebruik, om decompensaties te kunnen begrijpen kan drugscontrole geïndiceerd zijn. Gedragsbeïnvloedende middelen kunnen het psychiatrische beeld verslechteren en agressie bevorderen. Het is belangrijk dat hulpverleners hiervan een goede inschatting kunnen maken”;
h. aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
toelichting “Het kan zijn dat betrokkene in de kliniek zijn communicatiemiddelen gaat gebruik die ernstig nadeel betekenen voor de behandeling, zoals bedreiging contact met dealers of het verwerven van drugs. Daarom is het belangrijk dat behandelaar de mogelijkheid heeft hierin beperkingen aan te brengen indien geïndiceerd”;
i. beperken van het recht op het ontvangen van bezoek;
toelichting: “Als betrokkene is opgenomen is er een risico dat hij pogingen gaat doen om gedragsbeïnvloedende middelen binnen te smokkelen. Het kan dan nodig zijn dat hierin faciliterend bezoek eventueel geweerd kunnen worden”;
j. opnemen in een accommodatie.
toelichting: “Indien klinische behandeling een belangrijk onderdeel is van effectieve behandeling”.
De officier verzoekt deze vormen van verplichte zorg voor de duur van twaalf maanden. In het verzoek is vermeld dat verplichte zorg in de vormen van a en h ook ambulant worden toegepast; de overige vormen van verplichte zorg zullen alleen klinisch worden toegepast.
2.2.
De psychiater heeft verklaard dat betrokkene bekend is met een ernstige psychiatrische aandoening, maar momenteel is hij psychiatrisch stabiel. Mocht het slechter met betrokkene gaan dan is het belangrijk dat de verplichte zorg opgeschaald kan worden. De psychiater heeft gepleit voor afgifte van de zorgmachtiging voor de duur van één jaar.
De advocaat heeft verklaard dat betrokkene het liefst geen zorgmachtiging meer heeft, maar heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Zij ziet geen bezwaar om het verzoek toe te wijzen zoals is verzocht. Wel zou zij, gezien de complexiteit van de situatie als betrokkene toch zou decompenseren en dan opgenomen moet worden, graag zien dat – net als in de vorige beslissing – expliciet wordt bepaald dat opname dan in een kliniek plaatsvindt met een verhoogd beveiligingsniveau. Ze heeft in herinnering geroepen dat de situatie voor haar cliënt en voor de betrokken hulpverleners begin 2020 in het [locatie 1] traumatiserend is geweest.
De psychiater heeft toegelicht dat toen betrokkene moest worden opgenomen er geen plaats was inde [locatie 2] ; hij is toen naar een instelling met een vergelijkbaar beveiligingsniveau in [plaatsnaam] gegaan en dat is goed verlopen.
2.3.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van een schizofreniespectrum- en psychotische stoornis.
2.4.
Deze stoornis leidt bij betrokkene tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, ernstige financiële schade, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang, de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen en de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
Ter toelichting op het voorgaande overweegt de rechtbank als volgt. Betrokkene is ernstig psychiatrisch belast; hij is bekend met een schizo affectieve stoornis, stoornis in het gebruik van middelen en zwakbegaafdheid. In het verleden zijn er meerdere episodes geweest met psychotische verschijnselen. Bij een psychiatrische ontregeling kan betrokkene ernstig agressief worden. Gelet hierop is het reëel om aan te nemen dat betrokkene zich zonder juridisch kader zal onttrekken aan zorg. Om die reden is verplichte zorg nodig. Uit de stukken blijkt dat de zorgmachtiging noodzakelijk is om snel te kunnen ingrijpen bij decompensaties.
2.6.
De rechtbank constateert in deze zaak dat het de bedoeling is dat een zorgmachtiging wordt verleend die gelijkenis vertoont met de voorwaardelijke machtiging onder de wet Bopz. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat de voorwaardelijke machtiging met voorwaarden en opname als stok achter de deur zeer effectief was en in een grote behoefte voorzag. De Wvggz kent een dergelijke machtiging niet. Uitgangspunt in de Wvggz is echter wel dat de verplichte zorg zo veel mogelijk ambulant wordt toegepast. De rechtbank is dan ook van oordeel dat aan de behoefte in de praktijk tegemoet gekomen kan worden door bij de vormen van verplichte zorg in de zorgmachtiging onderscheid te maken tussen enerzijds vormen van verplichte zorg die ambulant worden toegepast en anderzijds vormen van verplichte zorg die bestaan uit en horen bij opname. Deze laatste vormen van verplichte zorg dienen pas te worden toegepast op het moment dat het ernstig nadeel niet meer met de ambulant verplichte zorg kan worden afgewend.
2.7.
Gelet op het bovenstaande ziet de rechtbank aanleiding om in de onderhavige zaak de verzochte vormen van verplichte zorg toe te wijzen, waarbij de vormen a en h eerst moeten worden toegepast. Pas als op die manier het ernstig nadeel niet meer kan worden afgewend, dan kunnen overige verzochte vormen van verplichte zorg worden toegepast. De ambulant verplichte vormen van zorg die de rechtbank zal toewijzen, mogen dan ook in de kliniek worden toegepast. Deze verplichte zorg kan naar het oordeel van de rechtbank het ernstig nadeel voldoende wegnemen.
2.8.
Er zijn in dit geval geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.9.
De verzochte verplichte zorg zijn evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen. De rechtbank wijst er op dat artikel 2:2 van het Besluit vggz eisen stelt aan de veiligheid bij de toepassing van een zorgmachtiging met ambulant verplichte zorg.
2.10.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de rechtbank voldaan aan de criteria voor en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging met de gevraagde vormen van verplichte zorg zal worden verleend voor de (verzochte) duur van twaalf maanden.
2.11.
Tijdens de mondelinge behandeling is gesproken over de complexe zorgvraag van betrokkene en de veiligheidsrisico’s die zich daarbij in het (recente) verleden hebben voorgedaan. Dit onderwerp is tijdens de mondelinge behandeling van 26 februari 2020 met betrekking tot de voorgaande zorgmachtiging ook al besproken. De rechtbank ziet aanleiding om, met toepassing van artikel 6:4, lid 4, Wvggz nogmaals specifiek te bepalen dat, in het geval betrokkene opgenomen moet worden om het ernstig nadeel af te wenden, die opname moet plaatsvinden in een KIB of een accommodatie met een vergelijkbaar beveiligingsniveau.
3. Beslissing
De rechtbank:
- verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene], geboren op
[geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] , Marokko, voor de volgende vormen van verplichte zorg:
a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van
medische controles of andere medische handelingen en therapeutische
maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
c. insluiten;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
f. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende
middelen en gevaarlijke voorwerpen;
g. controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
h. aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die
tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen, te weten: - contact met ambulante behandelaren onderhouden, waaronder het toelaten van huisbezoek;
i. beperken van het recht op het ontvangen van bezoek;
j. opnemen in een accommodatie, te weten;
en
- bepaalt dat gestart zal worden met ambulante verplichte zorg als bedoeld onder a en h;
- bepaalt dat op het moment dat de ambulant verplichte zorg niet meer voldoende is om het ernstig nadeel af te wenden, ook de andere verleende vormen van verplichte zorg kunnen worden toegepast;
- bepaalt dat betrokkene, in het geval hij op grond van deze machtiging opgenomen moet worden, dan zal worden opgenomen in een KIB of andere instelling met vergelijkbaar beveiligingsniveau;
- bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 26 augustus 2021.
Deze beschikking is op 26 augustus 2020 mondeling gegeven door mr. V.M.M. van Amstel, rechter en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid de griffier, en op 8 september 2020 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend. | ||
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. | ||
DH