FED 2013/40
De vader van belanghebbende heeft in 1996 een Stiftung opgericht naar het recht van Liechtenstein. Hij overlijdt in 2003. Belanghebbende en haar broer zijn krachtens testament de enige erfgenamen. In het Begünstigtenreglement zijn belanghebbende en haar broer als begunstigden in het ‘Ertrag und Kapital van de Stiftung’ aangemerkt, ieder van hen met een aandeel van 22,75%. De opvatting van de inspecteur, het Hof en de staatssecretaris dat per 31 december 2003 22,75% van het Stiftungsvermogen tot belanghebbendes rendementsgrondslag behoort, houdt in cassatie stand. Het cassatieberoep is gegrond omdat het box 3-inkomen is bepaald met inbegrip van 22,75% van het Stiftungsvermogen per 1 januari 2003 terwijl in cassatie niet in geschil is dat bij belanghebbende voorafgaande aan het overlijden van haar vader geen sprake was van enig recht met betrekking tot het op naam van de Stiftung gestelde vermogen
HR 15-02-2013, BZ1294 (Beroepschrift), m.nt. W.A.P. van Roij
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 februari 2013
- Magistraten
Van den Berge, Schaap, Feteris, Koopman, De Groot
- Zaaknummer
12/01040
- Noot
W.A.P. van Roij
- LJN
BZ1294
- JCDI
JCDI:ADS273594:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ1294, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑02‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑02‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑02‑2013
- Wetingang
Art. 5.3 lid 2 letter f Wet IB 2001
Essentie
De vader van belanghebbende heeft in 1996 een Stiftung opgericht naar het recht van Liechtenstein. Hij overlijdt in 2003. Belanghebbende en haar broer zijn krachtens testament de enige erfgenamen. In het Begünstigtenreglement zijn belanghebbende en haar broer als begunstigden in het ‘Ertrag und Kapital van de Stiftung’ aangemerkt, ieder van hen met een aandeel van 22,75%. De opvatting van de inspecteur, het Hof en de staatssecretaris dat per 31 december 2003 22,75% van het Stiftungsvermogen tot belanghebbendes rendementsgrondslag behoort, houdt in cassatie stand. Het cassatieberoep is gegrond omdat het box 3-inkomen is bepaald met inbegrip van 22,75% van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.