JWB 2001/32
Arbeidsovereenkomst, ontslag op staande voet, dringende reden, verduistering
HR 26-01-2001, ECLI:NL:HR:2001:AA9664
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 januari 2001
- Zaaknummer
C99/159HR
- LJN
AA9664
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AA9664, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AA9664, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑01‑2001
- Wetingang
Art. 7:678 BW
Essentie
Arbeidsovereenkomst, ontslag op staande voet, dringende reden, verduistering
Samenvatting
Casus
Eiser tot cassatie is een taxichauffeur die op 21 januari 1997 op staande voet is ontslagen, omdat hij geld zou hebben verduisterd dat hij voor gemaakte taxiritten ontvangen zou hebben. Hij heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen en zijn werkgeefster voor de Kantonrechter te Schiedam gedagvaard. Hij voert aan dat hij geen taxigelden heeft verduisterd. Het geconstateerde verschil vloeit misschien voort uit het feit dat de centralist niet altijd alle ritten goed administreert, aldus de chauffeur. Daarnaast stelt hij last te hebben van concentratiestoornissen en vergeetachtigheid als gevolg ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.