Asser Procesrecht 8 Arbitrage en bindend advies
Einde inhoudsopgave
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/130:130 Uitzondering.
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/130
130 Uitzondering.
Documentgegevens:
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste, datum 01-06-2023
- Datum
01-06-2023
- Auteur
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste
- JCDI
JCDI:ADS858351:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Alternatieve geschillenbeslechting
Burgerlijk procesrecht / Arbitrage
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
- Wetingang
art. 1022a, 1022c Rv
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Als een partij zich ingevolge art. 1022a Rv voor een voorlopige voorziening wendt tot de rechter in kort geding en de wederpartij zich voor alle weren op het bestaan van een arbitrageovereenkomst beroept, zal de rechter zich op grond van art. 1022c Rv uitsluitend bevoegd verklaren als de gevraagde beslissing niet of niet tijdig in arbitrage kan worden verkregen. Aan de regeling ligt de gedachte ten grondslag dat het de voorkeur verdient dat de beslissingen over voorlopige voorzieningen zoveel mogelijk in handen liggen bij het ten principale bevoegde scheidsgerecht.1 De exacte invulling van het criterium ‘de gevraagde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.