NJFS 2009, 92
Rookverbod in de horeca is niet in strijd met het legaliteitsbeginsel en maakt geen ongeoorloofde inbreuk op eigendom kleine horecaondernemer.
Rb. Groningen 20-02-2009, BI3902
- Instantie
Rechtbank Groningen
- Datum
20 februari 2009
- Magistraten
Mrs. E.W. van Weringh, L.H.A.M. Voncken, R. Depping
- Zaaknummer
18/635142-08 (Promis)
- LJN
BI3902
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Wetingang
Essentie
Legaliteitsbeginsel. Het rookverbod in de horeca vloeit voort uit art. 10 lid 1 Tabakswet. Er is geen sprake van ongeoorloofde concurrentieverstoring. Het verbod maakt geen ongeoorloofde inbreuk op de eigendom van kleine horecaondernemers.
Samenvatting
Verdachte, die een café exploiteerde zonder personeel, heeft geen rookverbod ingesteld, aangeduid en gehandhaafd in de voor het publiek toegankelijke delen van het café.
1. Uit de tekst van de wet vloeit voort dat het treffen van maatregelen als bedoeld in art. 10 lid 1 Tabakswet betekent dat verdachte een rookverbod moest instellen, aanduiden en handhaven.
2. Er ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.