RO 2015/57
Enquêterecht. Komt het verzoek een concernenquête te gelasten, voor toewijzing in aanmerking? (Verzoeker/verweersters)
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
14 juli 2015
- Magistraten
Mrs. G.C. Makkink, A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar, M.M.M. Tillema, R.A.H. van der Meer RA, J.B.M. Streppel
- Zaaknummer
200.168.115/01 OK
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS921471:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2018:1639, Uitspraak, Hof Amsterdam, 17‑05‑2018
ECLI:NL:GHAMS:2018:1430, Uitspraak, Hof Amsterdam, 18‑04‑2018
ECLI:NL:GHAMS:2016:5596, Uitspraak, Hof Amsterdam, 14‑12‑2016
ECLI:NL:GHAMS:2015:2917, Uitspraak, Hof Amsterdam, 14‑07‑2015
ECLI:NL:GHAMS:2015:2918, Uitspraak, Hof Amsterdam, 07‑07‑2015
- Wetingang
Art. 2:346, 2:349a BW; art. 282 Rv
Essentie
Enquêterecht.
Komt het verzoek een concernenquête te gelasten, voor toewijzing in aanmerking? Kan de ondernemingsraad in de procedure worden toegelaten als belanghebbende?
Samenvatting
Verzoeker houdt 11,5% van het geplaatste kapitaal in verweerster 1, terwijl Perspektief de overige 88,5% houdt. Verweerster 1 is enig aandeelhouder van verweerster 2, die op haar beurt alle aandelen houdt in A. Perspektief is enig bestuurder van verweerster 1. Verzoeker is enig bestuurder van verweerster 2. Verweerster 2 is enig bestuurder van A. Bij de onderneming van A, waarin meer dan honderd personen werkzaam zijn, is een ondernemingsraad ingesteld. Verzoeker heeft verzocht om ...