Einde inhoudsopgave
Besluit diverse fiscale gevolgen van zetelverplaatsing van een naar Nederlands recht opgericht lichaam 2019
3.1 Rechtsvormwijziging na zetelverplaatsing
Geldend
Geldend vanaf 02-04-2019. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 15-03-2019
- Bronpublicatie:
15-03-2019, Stcrt. 2019, 17207 (uitgifte: 01-04-2019, regelingnummer: 2019-30576)
- Inwerkingtreding
02-04-2019, terugwerkend tot: 15-03-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-03-2019, Stcrt. 2019, 17207 (uitgifte: 01-04-2019, regelingnummer: 2019-30576)
- Vakgebied(en)
Invordering / Aansprakelijkheid
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Dividendbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Belastingplichtige
Bij rechtsvormwijziging na verplaatsing van de werkelijke leiding naar het buitenland is onverminderd sprake van een naar Nederlands recht opgericht lichaam als de omzetting, krachtens het van toepassing zijnde civiele recht, het bestaan van het lichaam niet beëindigt. Na een dergelijke rechtsvormwijziging geldt voor het lichaam dan ook onverminderd dat het lichaam voor toepassing van de Wet Vpb wordt geacht in Nederland te zijn gevestigd (krachtens artikel 2, vierde lid, van de Wet Vpb). Deze zogenoemde vestigingsplaatsfictie eindigt slechts als de rechtspersoonlijkheid eindigt, door bijvoorbeeld liquidatie of door een omzetting die wel de persoon van het omgezette lichaam beëindigt, of zoals bij een in het kader van een juridische fusie verdwijnende rechtspersoon. Voor de volledigheid voeg ik hieraan toe dat voor het opgericht zijn naar Nederlands recht alleen de civielrechtelijke duiding van de omzetting relevant is en niet een eventueel afwijkende fiscale duiding.