Einde inhoudsopgave
Verdrag (No. 96) betreffende bureaux voor arbeidsbemiddeling, welke voor hun bemiddeling betaling vragen (herzien), 1949
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 18-07-1951
- Bronpublicatie:
01-07-1949, Stb. 1952, 543 (uitgifte: 29-01-1952, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
18-07-1951
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-09-1957, Trb. 1957, 191 (uitgifte: 01-01-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
International Labour Organization
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Verdrag van 1 juli 1949
De Algemene Conferentie van de Internationale Arbeidsorganisatie,
Door de Raad van Beheer van het Internationaal Arbeidsbureau bijeengeroepen te Genève, en aldaar bijeengekomen in haar twee en dertigste zitting op 8 Juni 1949,
Besloten hebbende verschillende voorstellen aan te nemen betreffende de herziening van het Verdrag betreffende bureaux voor arbeidsbemiddeling, welke voor hun bemiddeling betaling vragen, 1933, aangenomen door de Conferentie in haar zeventiende zitting, welk onderwerp begrepen is in het tiende punt op de agenda der zitting,
Besloten hebbende, dat deze voorstellen de vorm zullen aannemen van een internationaal verdrag ter aanvulling van het Verdrag betreffende de dienst voor de werkgelegenheid, 1948, hetgeen bepaalt, dat elk Lid, waarvoor het verdrag van kracht is, in stand zal houden of zal verzekeren dat in stand wordt gehouden een openbare en kosteloze dienst voor de werkgelegenheid.
Overwegende, dat een dergelijke dienst ter beschikking moet staan van alle categorieën arbeiders,
neemt heden, de eerste Juli negentienhonderd negen en veertig, het volgende verdrag aan, hetwelk kan worden aangehaald onder de titel ‘Verdrag betreffende bureaux voor arbeidsbemiddeling, welke voor hun bemiddeling betaling vragen (herzien), 1949’.
Verdragpartijgroep