Einde inhoudsopgave
Zeebrievenbesluit van Curaçao en Sint Maarten
Artikel 38
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van het Koninkrijk.
- Bronpublicatie:
20-08-2010, Stb. 2010, 343 (uitgifte: 01-09-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-09-2010, Stb. 2010, 387 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. I, lid 1, van de Rijkswet wijziging Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen (07-09-2010, Stb. 333).
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Indien een bij of krachtens dit besluit strafbaar gesteld feit wordt begaan door of vanwege een rechtspersoon, een maat- of vennootschap, een rederij of enige andere vereniging van personen of een doelvermogen, wordt de strafvervolging ingesteld en worden de straffen uitgesproken hetzij tegen die rechtspersoon, die maat- of vennootschap, die rederij, die vereniging of dat doelvermogen, hetzij tegen hen, die tot het feit opdracht hebben gegeven of die feitelijk leiding hebben gehad bij het verboden handelen of nalaten, hetzij tegen beiden.
2.
Een bij of krachtens dit besluit strafbaar gesteld feit wordt onder meer begaan door of vanwege een rechtspersoon, een maat- of vennootschap, een rederij, een vereniging van personen of een doelvermogen, indien het begaan wordt door personen, die, hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking, hetzij uit andere hoofde handelen in de sfeer van de rechtspersoon, de maat- of vennootschap, de rederij, de vereniging of het doelvermogen, ongeacht of deze personen ieder afzonderlijk het strafbare feit hebben begaan, dan wel bij hen gezamenlijk de elementen van dat feit aanwezig zijn.
3.
Indien een strafvervolging wordt ingesteld tegen een rechtspersoon, een maat- of vennootschap, een rederij, een vereniging van personen of een doelvermogen, wordt deze tijdens de vervolging vertegenwoordigd door de bestuurder, de boekhouder, of de vertegenwoordiger, bedoeld in de artikelen 2, tweede lid, of 6, eerste lid en, indien er meer bestuurders of boekhouders of vertegenwoordigers zijn, door één dezer. De vertegenwoordiger, bedoeld in dit lid, kan bij gemachtigde verschijnen. De rechter kan de persoonlijke verschijning van een bepaalde bestuurder, boekhouder of vertegenwoordiger, bedoeld in de artikelen 2, tweede lid, of 6, eerste lid, bevelen; hij kan alsdan zijn medebrenging gelasten.
4.
Voor wat betreft de bij of krachtens dit besluit strafbaar gestelde feiten worden rechtspersonen voor de toepassing van artikel 20 van het Wetboek van Strafvordering van Curaçao, onderscheidenlijk Sint Maarten geacht te wonen, waar zij gevestigd zijn.
5.
Indien een strafvervolging wordt ingesteld tegen een rechtspersoon, een maat- of vennootschap, een rederij, een vereniging van personen of een doelvermogen, geschieden de in het Wetboek van Strafvordering van Curaçao, onderscheidenlijk Sint Maarten voorgeschreven betekeningen, dagvaardingen, oproepingen, kennisgevingen of andere mededelingen, aan de persoon of de woonplaats van de bestuurder, boekhouder of de vertegenwoordiger, bedoeld in de artikelen 2, tweede lid, of 6, eerste lid, en indien er meer bestuurders, boekhouders of vertegenwoordigers zijn, aan één dezer of op de plaats waar voornoemde personen zitting of kantoor houden behoudens, indien het een dagvaarding betreft, overeenkomstige toepassing van artikel 130, tweede lid en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering van Curaçao, onderscheidenlijk Sint Maarten.