NJB 2013/1445
Prejudiciële vraag. Verpandbaarheid. De HR ziet in dit stadium af van behandeling van de prejudiciële vraag: is een assurantieportefeuille verpandbaar?
HR 31-05-2013, ECLI:NL:HR:2013:CA1614
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 mei 2013
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, M.A. Loth, G. de Groot en M.V. Polak
- Zaaknummer
13/02008
- LJN
CA1614
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Insolventierecht / Faillissement
Goederenrecht / Zekerheidsrechten
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:CA1614, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑05‑2013
- Wetingang
(Rv art. 392 lid 1; BW art. 2:207c (oud), 3:6, 3:228)
Essentie
Prejudiciële vraag. Verpandbaarheid. De HR ziet in dit stadium af van behandeling van de prejudiciële vraag: is een assurantieportefeuille verpandbaar?
Partij(en)
X (de pandhouder), vs. E.R. Butin Bik q.q., curator in de faillissementen van A c.s. (de schuldenaar), en tegen Duymel (de pandgever).
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Op 1 oktober 2008 heeft A de aandelen in Duymel gekocht van X. A heeft de koopprijs geleend van X. Tot meerdere zekerheid van de terugbetaling van de geldlening heeft Duymel ten behoeve van X een pandrecht gevestigd op de assurantieportefeuilles die haar op 1 oktober 2008 toebehoorden.
In ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.