JWB 2014/269
Civiel recht; verjaring, verlengingsgrond
HR 20-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1492
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 juni 2014
- Zaaknummer
13/03651
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1492, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:345, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑04‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑07‑2013
- Wetingang
Art. 1:377 en art. 3:321 BW
Essentie
Civiel recht; verjaring, verlengingsgrond
Samenvatting
Casus:
Na de scheiding tussen de ouders in 1974, is de moeder als voogd benoemd over de dochters en de vader als toeziend voogd. In 1977 is de moeder bij een vliegramp omgekomen. De vader is hierna tot voogd benoemd over de dochters. De dochters waren de enige erfgenamen van de moeder. De vader heeft de in de nalatenschap van de moeder vallende woning in 1977 verkocht voor 120.000 gulden. De nalatenschap omvat daarnaast een uitkering van 20.000 gulden ingevolge een polis van een reisverzekering. Daarnaast heeft de vader vanwege het overlijden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.